Opzegging van de handelsagentuur zonder opzeggingstermijn
De handelsagentuur kan beëindigd worden wegens “dringende reden” (ernstige tekortkomingen) of uitzonderlijke omstandigheden.
Indien een geldige opzegging van de handelsagentuur wegens uitzonderlijke omstandigheden of ernstige tekortkoming wordt gegeven dient geen opzeggingstermijn gerespecteerd dan wel opzeggingsvergoeding of verbrekingsvergoeding betaald.
Zowel de principaal als de handelsagent kunnen wegens ernstige tekortkoming of uitzonderlijke omstandigheden de handelsagentuur beëindigen.
Art. X.17 W.E.R. bepaalt in welke omstandigheden en op welke wijze een partij de agentuurovereenkomst kan beëindigen met onmiddellijke ingang:
"Elke partij kan, onverminderd alle schadeloosstellingen, de overeenkomst zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn beëindigen, wanneer uitzonderlijke omstandigheden elke professionele samenwerking tussen de principaal en de handelsagent definitief onmogelijk maken of wanneer de andere partij ernstig tekortkomt in haar verplichtingen. De overeenkomst kan niet meer worden beëindigd zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn, wanneer het feit ter rechtvaardiging hiervan sedert ten minste zeven werkdagen bekend is aan de partij die zich hierop beroept.
Alleen de uitzonderlijke omstandigheden of de ernstige tekortkomingen waarvan kennis is gegeven bij gerechtsdeurwaardersexploot of bij een ter post aangetekende brief, verzonden binnen zeven werkdagen na de beëindiging, kunnen worden aangevoerd ter rechtvaardiging van de beëindiging zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn.
Niettegenstaande enig hiermee strijdig beding kan, vóór het einde van de overeenkomst, van dit artikel niet worden afgeweken ten nadele van de handelsagent."
In een arrest van 14 november 2019 oordeelde het Hof van Cassatie over de eerste formele voorwaarde van artikel X.17 WER, en inzonderheid over de vraag of de partij die de overeenkomst verbreekt zich tijdig rekenschap heeft gegeven van de ernstige tekortkomingen waarvan zij kennis neemt, als volgt:
"Het feit dat aanleiding geeft tot beëindiging zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn van de handelsagentuurovereenkomst overeenkomstig voormeld artikel 19, tweede lid, is bekend aan de partij die zich erop beroept, wanneer deze omtrent het bestaan van het feit en de omstandigheden die daarvan een reden tot beëindiging zonder opzegging kunnen maken, voldoende zekerheid heeft om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen, inzonderheid voor haar eigen overtuiging en tevens tegenover de andere partij en het gerecht. Enkel het tijdstip waarop het bestaan en de ernst van de feiten bekend is aan de partij die zich erop beroept, is hierbij bepalend, niet dat waarop die partij zich hiervan rekenschap had kunnen geven.
Indien het verkrijgen van een voldoende zekerheid het instellen van een onderzoek vereist, is de enkele omstandigheid dat dit onderzoek eerder had kunnen worden ingesteld en afgerond evenmin voldoende om tot laattijdigheid te besluiten."
De vooropgestelde termijn van 7 werkdagen vangt slechts aan op het ogenblik dat de persoon die, of in het geval van een rechtspersoon, het orgaan dat bevoegd is om de handelsagentuur te beëindigen van de feiten (die de ernstige tekortkoming uitmaken) kennis neemt. Hierbij zij opgemerkt dat vereist is dat men met voldoende zekerheid kennis heeft van de feiten en alle omstandigheden die deze feiten het karakter geven van een ernstige tekortkoming of uitzonderlijke omstandigheid.
Een ernstige tekortkoming impliceert dat de tekortkoming van dien aard dient te zijn dat van de andere partij redelijkerwijze niet kan worden verwacht dat de overeenkomst wordt verdergezet tot het einde van de opzeggingstermijn dan wel de einddatum van de overeenkomst van bepaalde duur.
Voor zover de rechter het wettelijk begrip 'ernstige tekortkoming' niet miskent, beoordeelt hij op onaantastbare wijze de ernst van de fout en de weerslag ervan op de mogelijkheid om de professionele relatie voort te zetten.
Een eenzijdige wijziging van de handelsagentuur, van de verhouding tussen de partijen bij een handelsagentuurovereenkomst (zoals bijvoorbeeld een eenzijdige wijziging door de principaal van het takenpakket van de agent) vormt een ernstige tekortkoming die een onmiddellijke beëindiging van de handelsagentuurovereenkomst rechtvaardigt. Dit is ook het geval wanneer deze eenzijdige wijziging wordt doorgevoerd , zelfs tijdens een regelmatig gegeven opzeggingstermijn.
De contractspartij die de handelsagentuurovereenkomst geldig opzegt wegens een dringende reden kan schadevergoeding vorderen vanwege de partij die de ernstige tekortkoming heeft begaan. Die schadevergoeding is, minstens naar analogie, gebaseerd op de opzeggingsvergoeding waarop de partij die de overeenkomst geldig heeft beëindigd, aanspraak had kunnen maken.