Tien geboden in de islam
De tien geboden worden ook bevestigd binnen de islam. De Bijbel en Thora worden immers ook gerekend tot de islamitische Heilige Boeken. In de Koran zijn op verschillende plaatsen de geboden te vinden. Ze zijn echter niet als zodanig gepresenteerd. Ook in verschillende Ahadith liet Mohammed blijk van deze tien leefregels. Hieronder staat één verwijzing naar de Koran voor ieder van de tien geboden.
1.Weet dat er geen godheid is dan God (soera Mohammed 19)
2.Er is niets aan Hem gelijk (soera De Consultatie 11)
3.Maak God niet tot een excuus bij jullie eden (soera De Koe 224)
4.Jullie die geloven! Wanneer op vrijdag (de dag van samenkomst) de oproep tot het gebed is uitgezonden, haast jullie dan om God te gedenken en laat het zakendoen. (Soera De Vrijdag 9)
5.Uw Heer heeft bepaald dat jullie alleen Hem zullen dienen en dat men goed moet zijn voor de ouders, of nu een van beiden of allebei bij u de ouderdom bereiken, zeg dan nimmer 'foei' tegen hen, bejegen hen niet onheus en spreek op een hoffelijke manier tot hen (Soera De Nachtreis 23)
6.En snijdt de dief en de dievegge de hand af, als straf voor wat zij misdeden, een voorbeeldige straf van God. (Soera De Tafel 38)
7.... dat de vloek van God op hem zal rusten als hij een leugenaar is (Soera Het Licht 7)
8....dat wie een ander doodt... het ware alsof hij het gehele mensdom had gedood (Soera De Tafel 32)
9.En jullie mogen geen ontucht benaderen. Dat is iets gruwelijks en het is een slechte manier van doen. (Soera De Nachtreis 32)
10.bewijst vriendelijkheid aan de ouders en ook aan de verwant, de wezen, de behoeftigen, de verwante buur, de niet-verwante buur, de niet-verwante medeburger, de reiziger... (Soera De Vrouwen 36)
Binnen de islam wordt gesteld dat de Mensen van het Boek zeggen dat de volgende Tien geboden aan Mozes op de berg Sinaï gegeven werden: alleen God aanbidden de sabbat waarnemen, je ouders eren, zodat je een hoge leeftijd mag bereiken, niemand doden, geen overspel plegen, niet stelen, geen valse getuigenis afleggen in het nadeel van je kameraad, niet in het huis van je kameraad turen en niet de vrouw van je kameraad, zijn slavin, os, ezel of iets anders dat het toebehoort, begeren (d.w.z. benijd hem niet).
Vroege moslimgeleerden stelden dat in soera Het Vee 151-152 een verwijzing naar de Tien geboden zouden zijn. In vers 154 is wel een verwijzing naar het Boek van Mozes.
Soera Het Vee 151-152:
Zeg: "Komt, ik zal u verkondigen, wat uw Heer heeft verboden;" n.l. dat gij iets met Hem vereenzelvigt en dat gij uw ouders niet goed behandelt en dat gij uw kinderen uit armoede doodt. - Wij zijn het, Die voor u en voor hen zorgen - en dat gij onbetamelijke daden hetzij openlijk of in het geheim begaat en dat gij een ziel ten onrechte doodt die God heilig heeft verklaard. Dit is, hetgeen Hij u heeft bevolen, opdat gij moogt begrijpen. Beheert het eigendom van de wees, voordat hij volwassen is, niet anders dan op de beste wijze. En geeft de volle maat en het volle gewicht met rechtvaardigheid. Wij belasten geen ziel boven haar vermogen. En leeft, wanneer gij spreekt, rechtvaardigheid na, zelfs wanneer het een bloedverwant betreft en vervult het verbond van God. Dit is, hetgeen Hij u vermaant, opdat gij er lering uit moogt trekken.