Sinds de Wet Potpourri I van 19 oktober 2015, is de uitspraak in burgerlijke zaken in de regel uitvoerbaar bij voorraad. Dit wil zeggen dat een uitspraak van de rechter in burgerlijke zaken kan uitgevoerd worden middels beslag zelfs indien er verzet of hoger beroep wordt ingesteld.
Art. 1397.[
1 Behoudens de uitzonderingen die de wet bepaalt of tenzij de rechter, ambtshalve of op verzoek van een van de partijen, bij met bijzondere redenen omklede beslissing anders beveelt, onverminderd artikel 1414, zijn de eindvonnissen uitvoerbaar bij voorraad, zulks niettegenstaande hoger beroep en zonder zekerheidsstelling indien de rechter deze niet heeft bevolen.
Behoudens de uitzonderingen die de wet bepaalt of tenzij de rechter, ambtshalve of op verzoek van een van de partijen, bij met bijzondere redenen omklede beslissing anders beveelt en onverminderd artikel 1414, schorsen verzet of hoger beroep van de versteklatende partij tegen eindvonnissen die bij verstek zijn gewezen daarvan de tenuitvoerlegging.
Vonnissen alvorens recht te doen, waartoe alle voorlopige maatregelen behoren, zijn van rechtswege uitvoerbaar bij voorraad.]
1 ----------
(
1)<W
2017-07-06/24, art. 155, 100; Inwerkingtreding : 03-08-2017>
Omdat elk eindvonnis van rechtswege uitvoerbaar bij voorraad is, is de rechter niet langer verplicht over de voorlopige uitvoerbaarheid uitspraak te doen.
De rechters in hoger beroep kunnen niet, op straffe van nietigheid, de voorlopige tenuitvoerlegging van vonnissen verbieden of doen schorsen (art. 1402 Ger.W.), behalve in het uitzonderlijke geval dat de beslissing, die de voorlopige tenuitvoerlegging toestaat, behept is met een duidelijke procesrechtelijke onwettigheid. Dit doet zich voor wanneer de voorlopige tenuitvoerlegging niet door de wet is toegestaan, of, wanneer de beslissing is tot stand gekomen met miskenning van het recht van verdediging, meer bepaald ook wanneer de voorlopige tenuitvoerlegging werd toegestaan, terwijl zij niet gevorderd werd.
Een motiveringsgebrek in de beslissing van de eerste rechter over de tenuitvoerlegging verleent de appelrechter niet de bevoegdheid die voorlopige tenuitvoerlegging te verbieden of schorsen. De uitzondering op art. 1402 Ger.W. wordt restrictief geïnterpreteerd.
Omdat de voorlopige tenuitvoerlegging thans de regel is geworden, zal de facto deze uitzondering nog enkel kunnen worden toegepast wanneer de wet de voorlopige tenuitvoerlegging niet toestaat
De enige onregelmatigheden die een verantwoording bieden om de voorlopige tenuitvoerlegging teniet te doen, zijn die welke de beslissing m.b.t. de voorlopige tenuitvoerlegging betreffen en niet die welke de beslissingen m.b.t. de grond van de zaak betreffen.