Het bewarend beslag strekt er toe een deel van het vermogen of (een deel van) de goederen van een schuldenaar te blokkeren, in die zin dat deze goederen of vorderingen ingevolge van het bewarend beslag geblokkeerd worden. Het bewarend beslag onder derden slaat op de bewarende maatregel ten aanzien van de schuldenaar van de schuldenaar en dus op de tegoeden en vordringe van de schuldenaar bij zijn bank, zijn werkgever, de belastingen (voor zijn teruugave), zijn vakantiekas, zijn uitkeringsinstellingen.
De schuldeiser die op grond van authentieke of onderhandse stukken bewarend beslag onder derden wenst te leggen, is niet verplicht voorafgaandelijk rechterlijk verlof aan te vragen, teneinde zijn rechten te bewaren.
Wanneer een gerechtsdeurwaarder een bewarend beslag heeft “aangezegd” blijkt hieruit dat een schuldeiser op bewarende wijze aandringt op de blokkering van bepaalde sommen bij één van uw schuldeisers bv. werkgever of bankinstelling. Deze geblokkeerde sommen zullen aldus een waarborg uitmaken voor de schuldeiser.
Een schuldeiser kan een dergelijk beslag maar leggen onder strikte voorwaarden. Zo dient hij te beschikken over een zekere en eisbare vordering en zal hij in een aantal gevallen zelfs voorafgaande toestemming van de beslagrechter nodig hebben. In heel wat gevallen kan u zich dan ook via uw advocaat met succes verzet kunnen aantekenen tegen dit beslag.
De gelden waarvoor het bewarend derdenbeslag geldt, blijven bij de derde beslagene (dus de persoon bij wie het beslag voor uw schulden wordt gelegd, vb. de bank of uw werkgever) geblokkeerd tot er een definitieve uitspraak door de rechtbank is gedaan of tot wanneer het bewarend beslag opgeheven werd nadat u verzet liet aantekenen bij de beslagrechter.
U kan zelfs schadevergoeding bekomen voor het aldus ten onrechte gelegde beslag. Er kan dus geen bewarend beslag worden gelegd voor ernstig betwiste vorderingen.
Het bewarend beslag onder derden kan zich niet verder uitstrekken dan de omvang van een schuld. Het beslag onder derden op inkomsten blijft evenwel beperkt tot de voor beslag vatbare gedeeltes van het inkomen.
Het bewarend beslag is een procedure waar voornamelijk in handelszaken veel misbruik van gemaakt wordt. Doordat bij bewarend beslag uw klanten en uw bankier verwittigd worden kan uw kredietwaardigheid hieronder leiden. Het feit dat hierdoor ook nog uw bankrekeningen geblokkeerd kunnen worden maakt het er alleen maar erger op. De beslagrechters kennen deze misbruiken, waarbij eerder de intimidatie dan de vrijwaring van rechten centraal staan. Precies daarom heeft u er alle belang bij om onmiddellijk na een dergelijk beslag een advocaat te raadplegen tot eventuele opheffing van dit beslag en tot het bekomen van een schadevergoeding.
U zelf wordt van het bewarend beslag onder derden verwittigd door een document dat u door de gerechtsdeurwaarder betekend wordt met opschrift "aanzegging bewarend beslag onder derden".
voorwaarden bewarend beslag
Om bewarend beslag te kunnen leggen moet :
- de schuldvordering moet eisbaar zijn
- de schuldvordering moet zeker zijn
- de schuldvordering moet vaststaand zijn
Wanneer een schuldeiser het bewarend beslag gelegd, doet hij dit op eigen verantwoordelijkheid. De beslagene kan onmiddellijk verzet aantekenen bij de beslagrechter. Het verweer zoals te voeren voor de beslagrechter bestaat erin aan te tonen dat de vordering ofwel niet eigenaar is, ofwel niet zeker is, ofwel niet vaststaand is..
De beslagrechter beoordeelde de vordering marginaal. Hier dus geen uitspraak over de rechten van de partijen. De marginale toetsing betekent dat de beslagrechter nagaat of de vordering op het eerste zicht gegrond lijkt. Dit betekent dat de eis een voldoende is geen van de gegrondheid heeft, dan wel niet vatbaar is voor redelijke betwisting.
Dit alles neemt niet weg dat de loutere betwisting van een schuldvordering niet volstaat om te besluiten tot het gebrek aan zekerheid van de vordering (zie beslagrechter Brugge 25 januari 1982 JT 1983,397).
Anderzijds mag wel worden aangenomen dat een schuldvordering de vereiste zekerheid mist wanneer de vordering het voorwerp is van een ernstige betwistingen voor de bodemrechter of afhangen van de uitslag van een deskundigenonderzoek (zie hof van beroep Antwerpen 12 maart 2008 NJW 201, 364 en Dirix E. en Broeckx K., beslag, APR 433-434, p. 275-276.
voorwaarden bewarend beslag
Om bewarend beslag te kunnen leggen moet :
- de schuldvordering moet eisbaar zijn
- de schuldvordering moet zeker zijn
- de schuldvordering moet vaststaand zijn
Wanneer een schuldeiser bewarend beslag legt doet hij dit op eigen verantwoordelijkheid. De beslagene kan onmiddellijk verzet aantekenen bij de beslagrechter. Het verweer zoals te voeren voor de beslagrechter bestaat erin aan te tonen dat de vordering ofwel niet eigenaar is, ofwel niet zeker is, ofwel niet vaststaand is..
De beslagrechter beoordeelt de vordering marginaal. Hij doet dus geen uitspraak over de rechten van de partijen. De marginale toetsing betekent dat de beslagrechter nagaat of de vordering op het eerste zicht gegrond lijkt. Dit betekent dat de eis een voldoende schijn van de gegrondheid heeft, dan wel niet vatbaar is voor redelijke betwisting.
Dit alles neemt niet weg dat de loutere betwisting van een schuldvordering niet volstaat om te besluiten tot het gebrek aan zekerheid van de vordering (zie beslagrechter Brugge 25 januari 1982 JT 1983,397).
Anderzijds mag wel worden aangenomen dat een schuldvordering de vereiste zekerheid mist wanneer de vordering het voorwerp is van een ernstige betwistingen voor de bodemrechter of afhangen van de uitslag van een deskundigenonderzoek (zie hof van beroep Antwerpen 12 maart 2008 NJW 201, 364 en Dirix E. en Broeckx K., beslag, APR 433-434, p. 275-276.
Een schuldeiser kan, op grond van authentieke of onderhandse stukken, middels tussenkomst van de gerechtsdeurwaarder ,onder derden bewarend beslag leggen op de bedragen of zaken die deze aan zijn schuldenaar verschuldigd is (art. 1445 Ger.W.).
De wet zegt niet wat er moet verstaan worden onder stukken. Hiermee wordt een titel bedoeld die de schuldeiser reeds bezit en waaruit de schuldvordering die bepaalbaar moet zijn blijkt.
Bij gebrek aan voldoende bepaalbare schuldvordering kan de schuldeiser zich tot de beslagrechter richten om toelating te vragen.
Indien aan de voorwaarden van het beslag niet voldaan is kan de schuldenaar zich wenden tot de beslagrechter om het bewarend beslag te laten opheffen als ongeoorloofde abusieve druk waarbij schadevergoeding kan worden gevorderd.