Samenvatting
Dit pareltje van een juridische verhandeling van 1967 beschrijft het Belgisch recht ten tijde dat overspel nog strafbaar was, weze het dat toen enkel de vrouw voor dit ernstige vergrijp tegen den echtelijke trouw kon gestraft worden en de man niet bestraft werd voor het plegen van vleeschelijken gemeenschap buiten de huwelijksbanden omdat dit des mans aard en recht werd geacht mits hij zijn bijzit maar niet onderhield. Maar was het overspel van de man geen misdrijf, toch was het een grond tot echtscheiding. Hierna de inhoudstafel
Preview
Bij wijze van bijkomende illustratie en teneinde de herinnering levendig te houden aan lang vervlogen dagen willen we u het het wetsvoorstel Defraigne niet onthouden: Kamer van Volksvertegenwoordigers ZITTING 1968-1969 21 JANUARI 1969 WETSVOORSTEL tot opheffing van artikel 298 van het Burgerlijk Wetboek. TOELICHTING DAMES EN HEREN, Artikel 298 van bet Burgerlijk Wetboek verbiedt de echtgenoot tegen wie de echtscheiding wegens overspel werd toegelaten met zijn medeplichtige een nieuw huwelijk aan te gaan gedurende een termijn van drie jaar. Met die bepaling wordt beoogd overspel te voorkomen, doch dat doel wordt zeker niet bereikt. De bepaling is ondoelmatig en het enige wat bereikt wordt is dat, wanneer personen die in concubinaat leven, een kind gaan krijgen,' zij verplicht zijn een procedure tot inkorting van voornoemde termijn te beginners, De voldoening van de echtgenoot die het slachtoffer is van de ontrouw van een andere, weegt niet op tegen de noodzaak om zo spoedig mogelijk een einde te maken aan onregelmatige toestanden. In dit verband heeft de wetgever trouwens reeds sinds lang van zijn bekomrnernis doen blijken, met name door toe te staan dat de scheiding ...