De overheid die ten gevolge van de fout van een derde, krachtens de op haar rustende wettelijke of reglementaire verplichtingen, de wedde en de op die wedde rustende bijdragen moet doorbetalen aan een van haar personeelsleden, zonder daarvoor arbeidsprestaties te ontvangen, heeft recht op een vergoeding die de aldus geleden schade herstelt, voor zover uit de toepasselijke wettelijke en reglementaire verplichtingen volgt dat de voornoemde betalingen waartoe zij gehouden is, niet definitief voor haar rekening moeten blijven.
De schade van de werkgever, namelijk de derving van de arbeidsprestaties van het personeelslid tijdens de periodes van tijdelijke ongeschiktheid, staat gelijk met de wedde en de daarbij horende sociale en fiscale lasten die hij moet betalen.
Wanneer de publieke rechtspersoon aan het door een arbeidsongeval getroffen personeelslid de wedde en de daarop rustende lasten heeft doorbetaald, zonder arbeidsprestaties te ontvangen die daarvoor de tegenprestatie zijn, en op grond van artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek, van de derde die aansprakelijk is voor het ongeval de terugbetaling ervan vordert, dient hij niet alleen het bedrag te bewijzen van hetgeen hij betaald heeft, maar ook dat die bedragen betaald zijn tijdens een periode waarin zijn personeelslid, door de daad van de derde, arbeidsongeschikt was terwijl hij ze hem moest doorbetalen.
De administratieve gezondheidsdienst doet uitspraak over de toepassing van de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector op het door een ongeval getroffen personeelslid, over het percentage en de duur van de tijdelijke arbeidsongeschiktheid, over de consolidatiedatum, het bestaan van blijvende letsels en over het percentage van blijvende ongeschiktheid dat eruit voortvloeit.
De beslissingen van de administratieve gezondheidsdienst zijn bindend voor de werkgever in de overheidssector en het door het ongeval getroffen personeelslid dat echter tegen die beslissing beroep kan instellen.
Het algemeen beginsel van het recht van verdediging staat eraan in de weg dat de beslissingen van de administratieve gezondheidsdienst bindend zijn voor derden, die deze kunnen betwisten.
In het geschil tussen, enerzijds, de werkgever en, anderzijds, de veroorzaker van het ongeval en diens B.A.-verzekeraar, over de eigen schade van de werkgever, gelden de beslissingen van de administratieve gezondheidsdienst, thans Medex, slechts als een feitelijk vermoeden dat de rechter beoordeelt.