De bescherming tegen ontslag die ontstaat ingevolge de aanvraag inzake tijdskrediet, geldt vanaf het ogenblik van de aanvraag tot 3 maanden na het einde van het tijdskrediet.
Hierbij dient wel gewezen te worden op CAO nr. 77 en dit voor bedrijven die meer dan 21 of meer werknemers in dienst hebben, dan wel 20 of minder werknemers in dienst hebben.
De ontslagbescherming wegens tijdskrediet is evenwel niet absoluut. De ontslagbescherming betekent enkel dat u nooit omwille van het tijdskrediet kan ontslaan, met dien verstande dat de werkgever de bewijslast draagt dat de reden van ontslag niets te maken heeft met het tijdskrediet.
De bescherming van de werknemer tegen ontslag ingevolge tijdskrediet, is absoluut. Dit betekent dat de werknemer op vrijwillige basis ingevolge een dading geen afstand kan doen van deze bescherming.
Maar niets belet dat er toch een dading dienaangaande kan worden aangegaan van zodra het ontslag wordt gegeven.
Ontslagbescherming voor verkozenen in de ondernemingsraad of het Comité voor Preventie en Bescherming van het Werk en dit zowel voor effectieve en plaatsvervangende leden.
De ontslagbescherming van deze werknemers wordt geregeld middels de wet van 19.03.1991. De bescherming geldt gedurende de volledige duurtijd van het mandaat.
De ontslagbescherming van deze beschermde werknemers betekent dat zij enkel kunnen ontslaan worden om economische of technische redenen, dan wel om dringende redenen die voorafgaandelijk door de arbeidsrechtbank erkend worden.
Niets belet evenwel dat dergelijke beschermde werknemers ontslaan worden op het einde van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur of aangegaan voor een specifiek werk, dan wel wegens overmacht, in onderling akkoord om bij overlijden van de beschermde werknemer.
Vanzelfsprekend is er ook geen bescherming voor de beschermde werknemer wanneer deze zelf ontslag neemt.
Het ontslagverbod gaat in op de datum waarop de werknemer schriftelijk te kennen geeft dat deze tijdskrediet wenst (ten vroegste 3 of 6 maanden vóór de start van het tijdskrediet, afhankelijk of er meer of minder dan 20 werknemers zijn in de onderneming) en eindigt 3 maanden na het tijdskrediet of na de weigering van de werkgever om het tijdskrediet toe te staan.