Definitie wisselbriefDe wisselbrief is een document waarmee de schuldeiser (de trekker) aan de schuldenaar (de betrokkene) opdracht geeft op een bepaalde dag (de vervaldag) een som te betalen aan een begunstigde (vaak de trekker zelf).
De wisselbrief is een “getrokken waardepapier”, waarbij de trekker (delegant) een wissel trekt op de betrokkene (gedelegeerde) en overhandigt die ter betaling aan zijn schuldeiser (delegataris, houder van de wisselbrief.
Wanneer de betrokkene de wisselbrief accepteert, is hij abstract en onafhankelijk/zelfstandig verbonden jegens de delegataris – de houder van de wisselbrief - tot betaling van de vermelde som op de vervaldag.
De wissel is een betalingsinstrument opgesteld door een schuldeisers waarbij de schuldenaar door acceptatie gehouden wordt op een bepaalde dag te betalen, zonder dat de rechter de schuldenaar nog verder uitstel van betaling kan geven. Het nadeel van de termijn wordt door de schuldeiser ondervangen door enerzijds de relatieve zekerheid van betaling (op sanctie van wisselprotest) die gegarandeerd kan worden door aval (borgstelling van een derde op de wissel) en door de mogelijkheid om de schuldvordering onmiddellijk te gelde te maken door overdracht van de wissel (endossement).
Doordat de wissel onmiddellijke betaling uitstelt en door de mogelijkheid tot endossement van de wissel is de wisselbrief derhalve ook een kredietmiddel.
Door de acceptatie van de wisselbrief gaat de betrokkene een abstracte en van de onderliggende overeenkomst onafhankelijke verbintenis aan jegens de houder van de wisselbrief.
De delegataris kan de wisselbrief verder overdragen middels “endossement” (rugtekening) aan een nieuwe houder. De trekker en de endossant zijn abstract en onafhankelijk gehouden tegenover de houder van de wisselbrief tot de wisselverbintenis wanneer de wisselbrief vervolgens nog verder wordt overgedragen). De rechten die in de wisselbrief belichaamd worden kunnen immers overdragen door de wisselbrief zelf over te dragen. Het endossant van de wissel en de cheque geldt als een zekerheid. Bij de wisselbrief en de cheque betreft dit een verbintenis die subsidiair is aan die van de betrokkene. De houder van de cheque of de wissel moet immers eerst trachten de wisselbrief of cheque te innen bij de betrokkene.
AvalDe betaling van een wissel kan gegarandeerd worden door het aval. Middels aval garandeert een partij de betaling door de wissel als avalgever te ondertekenen.
Het aval zoals is geen echte borg. De verbintenis van de aval is immers grotendeels onafhankelijk is van de wissel- of chequeschuld;, in die zin dat de aval enkel de vormgebreken van de wissel of cheque kan inroepen en geen geen andere gebreken van de wisselof chequeschuld mag inroepen.. De bepalingen van het BW inzake borgtocht zijn niet van toepassing op de aval. De aval kan dezelfde excepties inroepen die de wisselschuldenaar kan inroepen betreffende de omvang van de verbintenis
De wissel als krediet Het verdisconteren van wissels kan aangewend worden teneinde aldus een bancair krediet te bekomen.
• KlantendiscontokredietBij deze kredietvorm krijgt de kredietnemer van zijn bank krediet in ruil voor wisselbrieven die hij (als trekker) trekt op zijn klanten (klantendiscontokrediet) leverancier); de bank verdisconteert de wisselbrief en gaat die op vervaldag innen bij de cliënt.
• LeveranciersdiscontokredietBij deze kredietvorm krijgt de kredietnemer als acceptant van een wisselbrief die zijn leverancier op hem trekt het akkoord van zijn bank om de wisselbrief uit te betalen aan diens leverancier (of een verdere houder) (leveranciersdiscontokrediet of krediet verleend door de bank van de afnemer). In dit geval betaal de klant de commissie.
• BankacceptBij deze kredietvorm wordt de wissel door de leverancier van de kredietnemer rechtstreeks op de bank van de afnemer getrokken die deze de wisselbrief accepteert
Aanbieden ter incassoBij het aanbieden ter incasso wordt de wisselbrief niet verdisconteerd . De houder ontvangt dan de betaling door creditering van zijn bankrekening bij die bank (domiciliëring op rekening). De accepterende betrokkene zal dan zijn bankrekening op de vervaldag automatisch gedebiteerd zien ten belope van het bedrag van de wisselschuld.
WisselverbodHet abstract karakter dat volgt uit een wisselbrief kan voor de consument gevaar opleveren. Daarom heeft de wetgever het gebruik van wisselbrieven in een aantal gevallen verboden, in het bijzonder in consumententransacties (art. VI.39 WER).
Wettelijke bepalingenDe wettelijke bepalingen met betrekking tot de
wisselbrief zijn thans genomen in het wetboek van economisch recht.
HOOFDSTUK 2. [
1 - De wisselbrief.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 103, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Afdeling 1. [
1 - Uitgifte en vorm van de wisselbrief]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 104, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Art. VII. [
1 De wisselbrief behelst :
1° de benaming "wisselbrief", opgenomen in de tekst zelf en uitgedrukt in de taal waarin de titel is gesteld;
2° de onvoorwaardelijke opdracht tot betaling van een bepaalde som;
3° de naam van degene die betalen moet (betrokkene);
4° de aanwijzing van de vervaldag;
5° die van de plaats waar de betaling moet geschieden;
6° de naam van degene aan wie of aan wiens order de betaling moet worden gedaan;
7° de vermelding van de dagtekening, alsmede van de plaats waar de wisselbrief is getrokken;
8° de handtekening van degene die de wisselbrief uitgeeft (trekker).]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/3. [
1 De titel waarin een der vermeldingen, in artikel VIII.216/2 aangegeven, ontbreekt, geldt niet als wisselbrief, behoudens in de hieronder in dit artikel genoemde gevallen :
De wisselbrief waarvan de vervaldag niet is aangewezen, wordt beschouwd als betaalbaar op zicht.
Bij gebreke van een bijzondere aanwijzing wordt de plaats, aangegeven naast de naam van de betrokkene, geacht te zijn de plaats van betaling en tevens die van de woonplaats van de betrokkene.
De wisselbrief welke niet de plaats vermeldt waar hij is getrokken, wordt geacht te zijn ondertekend in de plaats aangegeven naast de naam van de trekker.
De handtekening, waarvan sprake in artikel VII.216/2, 8°, kan vervangen worden door een notariële akte in brevet, die op de wisselbrief gesteld wordt en waaruit de wil blijkt van degene die zou hebben moeten ondertekenen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/4. [
1 De wisselbrief kan aan de order van de trekker zelf luiden.
Hij kan worden getrokken op de trekker zelf.
Hij kan worden getrokken voor rekening van een derde.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/5. [
1 Een wisselbrief kan betaalbaar zijn aan de woonplaats van een derde, hetzij in de plaats waar de betrokkene zijn woonplaats heeft, hetzij in een andere plaats.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/6. [
1 In een wisselbrief, betaalbaar op zicht of een zekere tijd na zicht, kan de trekker bepalen dat de som rente draagt. In elke andere wisselbrief wordt deze clausule voor niet geschreven gehouden.
De rentevoet moet in de wisselbrief worden aangegeven; bij gebreke hiervan wordt de renteclausule voor niet geschreven gehouden.
De rente loopt te rekenen van de dagtekening van de wisselbrief, tenzij een andere dag is aangegeven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/7. [
1 De wisselbrief waarvan het bedrag voluit in letters en tevens in cijfers is geschreven, geldt, in geval van verschil, ten belope van de som voluit in letters geschreven.
De wisselbrief waarvan het bedrag meermalen is geschreven, hetzij voluit in letters, hetzij in cijfers, geldt, in geval van verschil slechts ten belope van de kleinste som.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/8. [
1 Indien de wisselbrief handtekeningen bevat van personen die onbekwaam zijn zich door middel van een wisselbrief te verbinden, valse handtekeningen of handtekeningen van verdichte personen, of handtekeningen welke, onverschillig om welke andere reden, de personen die deze handtekeningen op de wisselbrief hebben geplaatst of in wier naam zulks is geschied, niet kunnen verbinden, zijn de verbintenissen van de andere personen wier handtekening op de wisselbrief voorkomt, niettemin geldig.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/9. [
1 Ieder die zijn handtekening op een wisselbrief plaatst als vertegenwoordiger van een persoon voor wie hij niet de bevoegdheid had te handelen, is zelf krachtens de wisselbrief verbonden en heeft, indien hij betaalt, dezelfde rechten als de beweerde vertegenwoordigde zou hebben gehad. Hetzelfde geldt ten aanzien van de vertegenwoordiger die zijn bevoegdheid heeft overschreden.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/10. [
1 De trekker staat in voor de acceptatie en voor de betaling.
Hij kan zijn verplichting, voor de acceptatie in te staan, uitsluiten; elke clausule waarbij hij de verplichting, voor de betaling in te staan, uitsluit, wordt voor niet geschreven gehouden.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/11. [
1 Indien een wisselbrief, onvolledig ten tijde van de uitgifte, is volledig gemaakt in strijd met de aangegane overeenkomsten, kan de niet-naleving van die overeenkomsten niet worden tegengeworpen aan de houder, tenzij deze de wisselbrief te kwader trouw heeft verkregen of hem grove schuld bij de verkrijging te wijten is.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 105, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 2. [
1 - Endossement]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 106, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Art. VII.216/12. [
1 Elke wisselbrief, ook die welke niet uitdrukkelijk aan order luidt, kan door middel van endossement worden overgedragen.
Indien de trekker in de wisselbrief de woorden "niet aan order" of een daarmee gelijkstaande uitdrukking heeft opgenomen, kan het stuk slechts worden overgedragen in de vorm en met de gevolgen van een gewone overdracht.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/13. [
1 Het endossement kan worden gesteld zelfs ten voordele van de betrokkene, al of niet acceptant, van de trekker of van elke andere wisselschuldenaar. Deze personen kunnen de wisselbrief opnieuw endosseren.
Het endossement moet onvoorwaardelijk zijn. Elke voorwaarde waaraan het is onderworpen, wordt voor niet geschreven gehouden.
Het gedeeltelijk endossement is nietig.
Het endossement aan toonder geldt als endossement in blanco.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/14. [
1 Het endossement moet gesteld worden op de wisselbrief of op een daaraan vastgehecht blad (verlengstuk). Het moet worden ondertekend door de endossant.
Het endossement kan de geëndosseerde onvermeld laten of bestaan uit de enkele handtekening van de endossant (endossement in blanco). In het laatste geval moet het endossement, om geldig te zijn, op de rugzijde van de wisselbrief op het verlengstuk worden gesteld.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/15. [
1 Door het endossement worden alle uit de wisselbrief voortvloeiende rechten overgedragen.
Indien het endossement in blanco is, kan de houder :
1° het blanco invullen, hetzij met zijn eigen naam, hetzij met de naam van een andere persoon;
2° de wisselbrief wederom in blanco of aan een andere persoon endosseren;
3° de wisselbrief aan een derde overgeven, zonder het blanco in te vullen en zonder hem te endosseren.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/16. [
1 De endossant staat in voor de acceptatie en voor de betaling, tenzij het tegendeel bedongen is.
Hij kan een endossement verbieden; in dat geval staat hij tegenover de personen aan wie de wisselbrief later is geëndosseerd, niet in voor de acceptatie en voor de betaling.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/17. [
1 Hij die een wisselbrief onder zich heeft, wordt beschouwd als de rechtmatige houder, indien hij van zijn recht doet blijken door een ononderbroken reeks van endossementen, ook al is het laatste endossement in blanco gesteld. De doorgehaalde endossementen worden te dien aanzien voor niet geschreven gehouden. Wanneer een endossement in blanco door een ander endossement is gevolgd, wordt de ondertekenaar van dit laatste geacht de wisselbrief door het endossement in blanco verkregen te hebben.
Indien iemand, op welke wijze dan ook, het bezit van de wisselbrief heeft verloren, is de houder, die van zijn recht doet blijken op de wijze, bij het eerste lid aangegeven, niet verplicht de wisselbrief af te geven, tenzij hij deze te kwader trouw heeft verkregen of hem grove schuld bij de verkrijging te wijten is.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/18. [
1 Zij die uit hoofde van de wisselbrief worden aangesproken, kunnen de verweermiddelen, gegrond op hun persoonlijke verhoudingen tot de trekker of tot vroegere houders, niet aan de houder tegenwerpen, tenzij deze bij de verkrijging van de wisselbrief desbewust ten nadele van de schuldenaar heeft gehandeld.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/19. [
1 Wanneer het endossement e vermelding bevat "waarde ter incassering", "ter incasso", "in lastgeving" of enige andere vermelding die niets meer dan een opdracht tot inning in zich sluit, kan de houder alle uit de wisselbrief voortvloeiende rechten uitoefenen, maar hij kan hem niet anders endosseren dan als lastgeving.
De wisselschuldenaars kunnen in dat geval aan de houder slechts de verweermiddelen tegenwerpen welke aan de endossant zouden kunnen worden tegengeworpen.
De opdracht, vervat in een incasso-endossement, eindigt niet door de dood of door de latere onbekwaamheid van de lastgever.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/20. [
1 Wanneer een endossement de vermelding bevat "waarde tot zekerheid", "waarde tot pand" of enige andere vermelding die inpandgeving in zich sluit, kan de houder alle uit de wisselbrief voortvloeiende rechten uitoefenen, maar een door hem gesteld endossement geldt slechts als een endossement als lastgeving
De wisselschuldenaars kunnen de verweermiddelen, gegrond op hun persoonlijke verhoudingen tot de endossant, niet aan de houder tegenwerpen, tenzij deze bij de ontvangst van de wisselbrief desbewust ten nadele van de schuldenaar heeft gehandeld.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/21. [
1 Een endossement, gesteld na de vervaldag, heeft dezelfde gevolgen als een endossement, gesteld vóór de vervaldag. Echter heeft het endossement, gesteld na het protest van niet-betaling of na het verstrijken van de termijn voor het opmaken van het protest bepaald, slechts de gevolgen van een gewone overdracht.
Behoudens tegenbewijs, wordt het endossement zonder dagtekening geacht te zijn gesteld vóór het verstrijken van de termijn, voor het opmaken van het protest bepaald.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 107, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 3. [
1 - Acceptatie]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 108, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII. [
1 De wisselbrief kan tot de vervaldag door de houder of door iemand die hem enkel onder zich heeft, aan de betrokkene te zijner woonplaats ter acceptatie worden aangeboden.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/23. [
1 In elke wisselbrief kan de trekker, al dan niet met vaststelling van een termijn, bepalen dat deze ter acceptatie moet worden aangeboden.
Hij kan in de wisselbrief de aanbieding ter acceptatie verbieden, behoudens in wisselbrieven, betaalbaar bij een derde of betaalbaar in een andere plaats dan die van de woonplaats van de betrokkene of betaalbaar een zekere tijd na zicht.
Hij kan ook bepalen dat de aanbieding ter acceptatie niet kan plaatshebben vóór een bepaalde dag.
Tenzij de trekker heeft verklaard dat de wisselbrief niet vatbaar is voor acceptatie, kan elke endossant, al dan niet met vaststelling van een termijn, bepalen dat hij ter acceptatie moet worden aangeboden.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/24. [
1 Wisselbrieven, betaalbaar een zekere tijd na zicht, moeten ter acceptatie worden aangeboden binnen een jaar na hun dagtekening.
De trekker kan een kortere of een langere termijn bepalen.
De endossanten kunnen deze termijnen verkorten.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/25. [
1 De betrokkene kan verzoeken dat hem een tweede aanbieding wordt gedaan de dag, volgende op de eerste. Belanghebbenden zullen zich er niet op mogen beroepen dat aan dit verzoek geen gevolg is gegeven, tenzij het verzoek in het protest is vermeld.
De houder is niet verplicht de ter acceptatie aangeboden wisselbrief aan de betrokkene af te geven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/26. [
1 De acceptatie wordt op de wisselbrief gesteld. Zij wordt uitgedrukt door het woord "geaccepteerd" of door een daarmee gelijkstaand woord; zij wordt door de betrokkene ondertekend. De enkele handtekening van de betrokkene, op de voorzijde van de wisselbrief gesteld, geldt als acceptatie.
Wanneer de wisselbrief betaalbaar is een zekere tijd na zicht, of wanneer hij krachtens een uitdrukkelijk beding ter acceptatie moet worden aangeboden binnen een bepaalde termijn, moet de acceptatie als dagtekening inhouden de dag waarop zij is geschied, tenzij de houder die van de aanbieding eist. Bij gebreke van dagtekening moet de houder dit verzuim door een tijdig protest doen vaststellen, op straffe van verlies van zijn recht van regres op de endossanten en op de trekker.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/27. [
1 De acceptatie is onvoorwaardelijk, maar de betrokkene kan haar beperken tot een gedeelte van de som.
Elke andere wijziging, door de acceptant met betrekking tot het in de wisselbrief vermelde aangebracht, geldt als weigering van acceptatie. De acceptant is echter gehouden overeenkomstig de inhoud van zijn acceptatie.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/28. [
1 Wanneer de trekker de wisselbrief op een andere plaats dan die van de woonplaats van de betrokkene heeft betaalbaar gesteld, zonder een derde aan te wijzen, bij wie de betaling moet worden gedaan, kan de betrokkene deze bij de acceptatie aanwijzen. Bij gebreke van zodanige aanwijzing wordt de acceptant geacht zich verbonden te hebben zelf te betalen op de plaats van betaling.
Indien de wisselbrief betaalbaar is aan de woonplaats van de betrokkene, kan deze, in de acceptatie, een adres aanwijzen, in dezelfde plaats waar de betaling moet worden gedaan.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/29. [
1 Door de acceptatie verbindt de betrokkene zich de wisselbrief op de vervaldag te betalen.
Bij gebreke van betaling heeft de houder, al ware hij de trekker, tegen de acceptant een rechtstreekse vordering, uit de wisselbrief voortspruitend, voor al hetgeen kan worden gevorderd krachtens de artikelen VII.216/49 en VII.216/50.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/30. [
1 Indien de betrokkene zijn op de wisselbrief gestelde acceptatie heeft doorgehaald vóór de teruggave van de wisselbrief, wordt de acceptatie geacht te zijn geweigerd. Behoudens tegenbewijs wordt de doorhaling geacht te zijn geschied vóór de teruggave van de wisselbrief.
Indien echter de betrokkene zijn acceptatie schriftelijk kenbaar heeft gemaakt aan de houder of aan iemand wiens handtekening op de wisselbrief voorkomt, is hij tegenover dezen gehouden overeenkomstig de inhoud van zijn acceptatie.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 109, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 4. [
1 - Aval]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 110, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Art. VII.216/31. [
1 De betaling van de wisselbrief kan zowel voor zijn geheel bedrag als voor een gedeelte daarvan door een borgtocht (aval) worden verzekerd.
Deze borgtocht kan door een derde, of zelfs door iemand wiens handtekening op de wisselbrief voorkomt, worden gegeven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 111, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/32. [
1 Het aval wordt op de wisselbrief of op een verlengstuk gesteld of wordt gegeven bij een afzonderlijke akte, die de plaats vermeldt waar het is gegeven.
Het wordt uitgedrukt door de woorden "goed voor aval" of door enige andere daarmee gelijkstaande uitdrukking; het wordt door de avalgever ondertekend.
De enkele handtekening van de avalgever, gesteld op de voorzijde van de wisselbrief, geldt als aval, behalve wanneer de handtekening die is van de betrokkene of van de trekker.
In het aval moet worden vermeld voor wie het is gegeven. Bij gebreke hiervan wordt het geacht voor de trekker te zijn gegeven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 111, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/33. [
1 De avalgever is op dezelfde wijze verbonden als degene voor wie het aval is gegeven.
Zijn verbintenis is geldig, zelfs indien wegens een andere oorzaak dan een vormgebrek de door hem gewaarborgde verbintenis nietig is.
Door te betalen verkrijgt de avalgever de rechten welke krachtens de wisselbrief kunnen worden uitgeoefend tegen degene voor wie het aval is gegeven en tegen degenen die tegenover deze laatste krachtens de wisselbrief verbonden zijn.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 111, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 5. [
1 - Vervaldag]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 112, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Art. VII.216/34. [
1 Een wisselbrief kan worden getrokken :
1° op zicht;
2° op een zekere tijd na zicht;
3° op een zekere tijd na dagtekening;
4° op een bepaalde dag.
Wisselbrieven met anders bepaalde vervaldagen of in termijnen betaalbaar zijn nietig.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 113, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/35. [
1 De wisselbrief, getrokken op zicht, is betaalbaar bij de aanbieding. Hij moet ter betaling worden aangeboden binnen een jaar na zijn dagtekening. De trekker kan een kortere of een langere termijn bepalen. De endossanten kunnen deze termijnen verkorten.
De trekker kan voorschrijven dat een wisselbrief getrokken op zicht niet ter betaling mag worden aangeboden vóór een bepaalde dag. In dat geval loopt de termijn van aanbieding van die dag af.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 113, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/36. [
1 De vervaldag van een wisselbrief, getrokken op een zekere tijd na zicht, wordt bepaald, hetzij door de dagtekening van de acceptatie, hetzij door die van het protest.
Bij gebreke van protest wordt de niet gedagtekende acceptatie ten aanzien van de acceptanten geacht te zijn gedaan op de laatste dag van de termijn, voor de aanbieding ter acceptatie voorgeschreven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 113, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/37. [
1 De wisselbrief, getrokken op een of meer maanden na dagtekening of na zicht, vervalt op de overeenkomstige dag van de maand waarin de betaling moet worden gedaan. Bij gebreke van een overeenkomstige dag vervalt een zodanige wisselbrief op de laatste dag van die maand.
Bij een wisselbrief, getrokken op een of meer maanden en een halve maand na dagtekening of na zicht, worden eerst de gehele maanden gerekend.
Is de vervaldag bepaald op het begin, op het midden (half januari, half februari, enz.) of op het einde van een maand, dan wordt onder die uitdrukkingen verstaan: de eerste, de vijftiende, de laatste van die maand.
Onder de uitdrukkingen "acht dagen" of "vijftien dagen" ("quinze jours") moet worden verstaan niet één of twee weken, maar een termijn van acht of van vijftien werkelijke dagen.
De uitdrukking "halve maand" duidt een termijn van vijftien dagen aan.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 113, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/38. [
1 De vervaldag van een wisselbrief, betaalbaar op een bepaalde dag, in een plaats waar de tijdrekening een andere is dan die van de plaats van uitgifte, wordt geacht te zijn vastgesteld volgens de tijdrekening van de plaats van betaling.
De dag van uitgifte van een wisselbrief, getrokken tussen twee plaatsen met verschillende tijdrekening en betaalbaar een zekere tijd na dagtekening, wordt herleid tot de overeenkomstige dag van de tijdrekening van de plaats van betaling en de vervaldag wordt dienovereenkomstig vastgesteld.
De termijnen van aanbieding der wisselbrieven worden berekend overeenkomstig de bepalingen van het tweede lid.
Dit artikel is niet van toepassing, indien uit een in de wisselbrief opgenomen clausule of gewoon uit de bewoordingen van de titel een afwijkende bedoeling kan worden afgeleid.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 113, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 6. [
1 - Betaling]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 114, 059; Inwerkingtreding : 01-05-2018>
Art. VII.216/39. [
1 De houder van een wisselbrief, betaalbaar op een bepaalde dag of een zekere tijd na dagtekening of na zicht, moet deze ter betaling aanbieden de dag waarop hij betaalbaar is. Niet inachtneming van dit voorschrift kan slechts aanleiding geven tot schadeloosstelling.
De aanbieding van een wisselbrief aan een door de regering aangewezen verrekeningskamer of aan een instelling door haar daartoe bevoegd gemaakt, geldt als aanbieding ter betaling.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 115, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/40. [
1 De betrokkene die de wisselbrief betaalt, kan vorderen dat deze hem wordt uitgeleverd, voorzien van de kwijting van de houder.
De houder mag niet weigeren een gedeeltelijke betaling aan te nemen.
In geval van gedeeltelijke betaling kan de betrokkene vorderen dat van die betaling op de wisselbrief melding wordt gemaakt en dat hem daarvoor kwijting wordt gegeven.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 115, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/41. [
1 De houder van een wisselbrief kan niet genoodzaakt worden vóór de vervaldag betaling te ontvangen.
De betrokkene die vóór de vervaldag betaalt, doet zulks op eigen verantwoordelijkheid.
Hij die op de vervaldag betaalt, is wettig bevrijd, tenzij hem bedrog of grove schuld te wijten is. Hij is gehouden de regelmatigheid van de reeks van endossementen, maar niet de handtekening der endossanten te onderzoeken.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 115, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/42. [
1 Wanneer de betaling van een wisselbrief is bedongen in ander geld dan dat van de plaats van betaling, kan het bedrag van de wisselbrief worden betaald in het geld van het land volgens zijn waarde op de vervaldag. Indien de schuldenaar in gebreke is, kan de houder te zijner keuze vorderen dat het bedrag van de wisselbrief voldaan wordt in het geld van het land volgens de koers, hetzij van de vervaldag, hetzij van de dag van betaling.
De waarde van het vreemde geld wordt bepaald volgens de gebruiken van de plaats van betaling. De trekker kan echter bedingen dat het te betalen bedrag moet worden berekend volgens een in de wisselbrief bepaalde koers.
Het bovenstaande is niet van toepassing, indien de trekker heeft bedongen dat de betaling moet geschieden in een bepaald aangeduid geld (clausule van werkelijke betaling in vreemd geld).
Indien het bedrag van de wisselbrief is aangegeven in geld dat dezelfde benaming maar een verschillende waarde heeft in het land van uitgifte en in dat van betaling, wordt vermoed dat men het geld van de plaats van betaling heeft bedoeld.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 115, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/43. [
1 Bij gebreke van aanbieding ter betaling van de wisselbrief binnen de termijn, bij artikel VII.216/39 vastgesteld, heeft elke schuldenaar de bevoegdheid het bedrag ervan ter bewaring af te geven aan de bevoegde overheid aangewezen door de regering, op kosten en onder verantwoordelijkheid van de houder.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 115, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 7. [
1 - Recht van regres in geval van niet-acceptatie of niet-betaling]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 116, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/44. [
1 De houder kan zijn recht van regres op de endossanten, de trekker en de andere wisselschuldenaars uitoefenen :
1° op de vervaldag :
indien de betaling niet heeft plaatsgehad;
2° zelfs vóór de vervaldag :
a) indien de acceptatie geheel of gedeeltelijk is geweigerd;
b) wanneer de betrokkene, al dan niet acceptant, of de trekker van een niet voor acceptatie vatbare wisselbrief in een toestand verkeert van staking van betaling of van kennelijk onvermogen.
Het onder b) hiervoren bepaalde ontneemt aan de garanten van de wisselbrief niet de bevoegdheid om door borgstelling uitsteltermijnen te bekomen, die in geen geval de vervaldag van de wisselbrief mogen overschrijden.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/45. [
1 De weigering van acceptatie of van betaling moet worden vastgesteld bij authentieke akte (protest van niet-acceptatie of van niet-betaling).
Het protest van niet-acceptatie moet worden opgemaakt binnen de termijnen voor de aanbieding ter acceptatie vastgesteld. Indien in het geval bij artikel VII.216/25, eerste lid, voorzien, de eerste aanbieding heeft plaatsgehad op de laatste dag van de termijn, kan het protest nog op de volgende dag worden gedaan.
Het protest van niet-betaling van een wisselbrief, betaalbaar op een bepaalde dag of zekere tijd na dagtekening of na zicht, moet worden gedaan op een der twee werkdagen, volgende op de dag waarop de wisselbrief betaalbaar is. Indien het een wisselbrief, betaalbaar op zicht, betreft, moet het protest worden gedaan overeenkomstig de bepalingen bij het tweede lid vastgesteld voor het opmaken van het protest van niet-acceptatie.
Het protest van niet-acceptatie maakt de aanbieding ter betaling en het protest van niet-betaling overbodig.
In geval van kennelijk onvermogen van de betrokkene, al dan niet acceptant, kan de houder zijn recht van regres niet uitoefenen dan nadat de wisselbrief ter betaling aan de betrokkene is aangeboden en protest is opgemaakt.
In geval van bij rechterlijke beslissing vastgestelde staking van de betalingen van de betrokkene, al dan niet acceptant, alsmede in geval van bij rechterlijke beslissing verklaarde staking van de betalingen van de trekker van een wisselbrief die niet vatbaar is voor acceptatie, kan de houder voor de uitoefening van zijn recht van regres volstaan met overlegging van het vonnis waarbij de toestand van staking van betaling wordt vastgesteld.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/46. [
1 De houder moet van de niet-acceptatie of van de niet-betaling kennis geven aan zijn endossant en aan de trekker binnen de vier werkdagen, volgende op de dag van het protest of, indien de wisselbrief getrokken is met de clausule "zonder kosten", volgende op die der aanbieding. Elke endossant moet binnen de twee werkdagen, volgende op de dag van ontvangst der kennisgeving, de door hem ontvangen kennisgeving aan zijn endossant meedelen, met aanwijzing van de namen en adressen van degenen die de voorafgaande kennisgevingen hebben gedaan, en zo vervolgens, teruggaande tot de trekker. Deze termijnen lopen vanaf de ontvangst der voorafgaande kennisgeving.
Indien overeenkomstig het eerste lid een kennisgeving is gedaan aan iemand wiens handtekening op de wisselbrief voorkomt, moet gelijke kennisgeving binnen dezelfde termijn aan diens avalgever worden gedaan.
Indien een endossant zijn adres niet of op onleesbare wijze heeft aangeduid, kan worden volstaan met kennisgeving aan de voorafgaande endossant.
Hij die een kennisgeving heeft te doen, kan zulks doen in iedere vorm, zelfs door enkele terugzending van de wisselbrief.
Hij moet bewijzen dat hij de kennisgeving binnen de voorgeschreven termijn heeft gedaan. Deze termijn wordt gehouden te zijn in acht genomen, wanneer een brief die de kennisgeving behelst, binnen de genoemde termijn ter post is bezorgd.
Wie de kennisgeving niet binnen de bovenvermelde termijn doet, treft geen verval van zijn recht; hij is, bij voorkomend geval, verantwoordelijk voor de door zijn nalatigheid veroorzaakte schade, zonder dat de schadevergoeding het bedrag van de wisselbrief kan te boven gaan.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/47. [
1 De trekker, een endossant of een avalgever kan door de clausule "zonder kosten", "zonder protest", of een andere daarmee gelijkstaande op de wisselbrief gestelde en ondertekende clausule, de houder voor de uitoefening van zijn recht van regres ontslaan van het opmaken van een protest van niet-acceptatie of niet-betaling.
Deze clausule ontslaat de houder niet van de aanbieding van de wisselbrief binnen de voorgeschreven termijnen, noch van het doen van de kennisgevingen. Het bewijs van de niet-inachtneming van de termijnen moet worden geleverd door degene die zich daarop tegenover de houder beroept.
Is de clausule door de trekker gesteld, dan heeft zij gevolgen ten aanzien van allen wier handtekening op de wisselbrief voorkomt; is zij door een endossant of door een avalgever gesteld, dan heeft zij gevolgen alleen ten aanzien van deze endossant of avalgever. Indien de houder, ondanks de door de trekker gestelde clausule, toch het protest doet opmaken, zijn de kosten daarvan voor zijn rekening. Indien de clausule van een endossant of een avalgever afkomstig is, kunnen de kosten van het protest, indien er een is opgemaakt, op allen wier handtekening op de wisselbrief voorkomt, worden verhaald.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/48. [
1 Allen die een wisselbrief hebben getrokken, geaccepteerd, geëndosseerd, of voor aval getekend, zijn hoofdelijk tegenover de houder verbonden.
De houder kan deze personen zowel ieder afzonderlijk als gezamenlijk aanspreken, zonder verplicht te zijn de volgorde waarin zij zich hebben verbonden, in acht te nemen.
Hetzelfde recht komt toe aan ieder wiens handtekening op de wisselbrief voorkomt en die deze heeft betaald tot voldoening aan zijn regresplicht.
De vordering, ingesteld tegen één der wisselschuldenaars, belet niet de anderen aan te spreken, al hadden dezen zich later verbonden dan de eerst aangesprokene.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/49. [
1 De houder kan van degene tegen wie hij zijn recht van regres uitoefent, vorderen :
1° het bedrag van de niet geaccepteerde of niet betaalde wisselbrief met de interest, indien interest bedongen is;
2° een interest berekend tegen de wettelijke rentevoet, te rekenen van de vervaldag;
3° de kosten van protest, die van de gedane kennisgevingen, alsmede de andere kosten.
Zo de uitoefening van het recht van regres vóór de vervaldag plaats heeft, wordt op de wisselsom een korting toegepast. Deze korting wordt berekend volgens het officiële disconto (bankdisconto), geldende ter woonplaats van de houder, op de dag van de uitoefening van het recht van regres.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/50. [
1 Hij die de wisselbrief heeft betaald tot voldoening van zijn regresplicht kan van degenen die tegenover hem verbonden zijn, vorderen :
1° de gehele som die hij betaald heeft;
2° een interest berekend tegen de wettelijke rentevoet op die som, te rekenen van de dag waarop hij deze betaald heeft;
3° de door hem gemaakte kosten.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/51. [
1 Elke wisselschuldenaar tegen wie het recht van regres wordt of kan worden uitgeoefend, kan, tegen betaling tot voldoening aan zijn regresplicht, de afgifte vorderen van de wisselbrief met het protest, alsmede een voor voldaan getekende rekening.
Elke endossant die de wisselbrief heeft betaald tot voldoening aan zijn regresplicht, kan zijn endossement en dat van de volgende endossanten doorhalen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/52. [
1 In geval van uitoefening van het recht van regres na gedeeltelijke acceptatie, kan degene die tot voldoening aan zijn regresplicht het niet geaccepteerde gedeelte van de wisselsom heeft betaald, vorderen dat die betaling op de wisselbrief wordt vermeld en dat hem daarvan kwijting wordt gegeven. De houder moet hem daarenboven uitleveren een voor eensluidend getekend afschrift van de wisselbrief, alsmede het protest, om hem de uitoefening van zijn verdere regresrechten mogelijk te maken.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/53. [
1 Ieder die een recht van regres kan uitoefenen, kan, tenzij het tegendeel bedongen is, zich de vergoeding bezorgen door middel van een wisselbrief (herwissel), getrokken op zicht op een van degenen die tegenover hem regresplichtig zijn, en betaalbaar te diens woonplaats.
De herwissel omvat, behalve de bedragen in de artikelen VII.216/49 en VII.216/50 aangegeven, een makelaarsloon en in voorkomend geval taksen.
Indien de herwissel door de houder is getrokken, wordt het bedrag bepaald volgens de koers van een zichtwissel, getrokken van de plaats waar de oorspronkelijke wisselbrief betaalbaar was, op de woonplaats van de regresplichtige. Indien de herwissel is getrokken door een endossant, wordt het bedrag bepaald volgend de koers van een zichtwissel, getrokken van de woonplaats van de trekker van de herwissel op de woonplaats van de regresplichtige]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/54. [
1 Na afloop van de termijnen vastgesteld :
1° voor de aanbieding van een wisselbrief getrokken op zicht of op zekere tijd na zicht;
2° voor het opmaken van het protest van niet-acceptatie of van niet-betaling;
3° voor de aanbieding ter betaling in geval van clausule "zonder kosten";
Vervalt het recht van de houder tegen de endossanten, tegen de trekker, en tegen de andere wisselschuldenaars, met uitzondering van de acceptant.
Bij gebreke van aanbieding ter acceptatie binnen de door de trekker voorgeschreven termijn, vervalt het recht van regres van de houder, zowel wegens niet-betaling als wegens niet-acceptatie, tenzij uit de bewoordingen van de wisselbrief blijkt dat de trekker zich slechts heeft willen bevrijden van zijn verplichting, voor de acceptatie in te staan.
Indien de bepaling van een termijn voor de aanbieding in een endossement is vervat, kan alleen de endossant daarop een beroep doen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/55. [
1 Wanneer de aanbieding van de wisselbrief of het opmaken van het protest binnen de voorgeschreven termijnen wordt verhinderd door een onoverkomelijk beletsel (wettelijk voorschrift van enige staat of ander geval van overmacht), worden deze termijnen verlengd.
De houder is verplicht van de overmacht aan zijn endossant onverwijld kennis te geven, en deze kennisgeving, gedagtekend en door hem ondertekend, op de wisselbrief of op een verlengstuk te vermelden; voor het overige is artikel VII.216/46 toepasselijk. Na het ophouden van de overmacht moet de houder de wisselbrief onverwijld ter acceptatie of ter betaling aanbieden, en, indien nodig, protest doen opmaken.
Indien de overmacht meer dan dertig dagen aanhoudt, te rekenen van de vervaldag, kan het recht van regres worden uitgeoefend, zonder dat de aanbieding of het opmaken van protest nodig zijn.
Voor wisselbrieven, getrokken op zicht of op zekere tijd na zicht, loopt de termijn van dertig dagen van de dag waarop de houder, al ware het vóór het einde van de aanbiedingstermijn, van de overmacht aan zijn endossant heeft kennis gegeven; voor wisselbrieven, getrokken op zekere tijd na zicht, wordt de termijn van dertig dagen verlengd met de zichttermijn, in de wisselbrief aangegeven.
Als gevallen van overmacht worden niet beschouwd feiten welke van zuiver persoonlijke aard zijn voor de houder of voor degene die hij met de aanbieding van de wisselbrief of met het opmaken van het protest heeft belast.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 117, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 8. [
1 - Tussenkomst]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 118, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Onderafdeling 1. [
1 Algemene bepalingen]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 119, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/56. [
1 De trekker, een endossant, of een avalgever, kan iemand aanwijzen om, in geval van nood, te accepteren of te betalen.
Onder de hierna vastgestelde voorwaarden kan de wisselbrief worden geaccepteerd of betaald door iemand die tussenkomst voor een schuldenaar op wie recht van regres kan worden uitgeoefend.
De interveniënt kan een derde zijn, zelfs de betrokkene, of een reeds krachtens de wisselbrief verbonden persoon, behalve de acceptant.
De interveniënt is gehouden, binnen de termijn van twee werkdagen van zijn tussenkomst kennis te geven aan degene voor wie hij tussenkwam. In geval van niet-inachtneming van die termijn is hij, indien daartoe aanleiding bestaat verantwoordelijk voor de schade, door zijn nalatigheid veroorzaakt, zonder dat de schadevergoeding het bedrag van de wisselbrief kan te boven gaan.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 120, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Onderafdeling 2. [
1 Acceptatie bij tussenkomst]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 121, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/57. [
1 De acceptatie bij tussenkomst kan plaats hebben in alle gevallen waarin de houder van een voor acceptatie vatbare wisselbrief vóór de vervaldag recht van regres kan uitoefenen.
Wanneer op de wisselbrief iemand is aangewezen om deze, in geval van nood, ter plaatse van betaling te accepteren of te betalen, kan de houder zijn recht tegen degene die de aanwijzing heeft gedaan, en tegen hen die daarna hun handtekeningen op de wisselbrief hebben geplaatst, niet vóór de vervaldag uitoefenen, tenzij hij de wisselbrief aan de aangewezen persoon heeft aangeboden, en van diens weigering tot acceptatie protest is opgemaakt.
In de andere gevallen van tussenkomst kan de houder de acceptatie bij tussenkomst weigeren. Indien hij ze echter aanneemt, verliest hij zijn recht van regres, hetwelk hem vóór de vervaldag toekomt tegen degene voor wie de acceptatie is gedaan, en tegen hen die daarna hun handtekeningen op de wisselbrief hebben geplaatst.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 122, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/58. [
1 De acceptatie bij tussenkomst wordt op de wisselbrief vermeld; zij wordt door de interveniënt ondertekend. Zij wijst aan voor wie zij is geschied; bij gebreke van die aanwijzing wordt zij geacht voor de trekker te zijn geschied.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 122, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/59. [
1 De acceptant bij tussenkomst is tegenover de houder en tegenover de endossanten die de wisselbrief hebben geëndosseerd na degene voor wie de tussenkomst is geschied, op dezelfde wijze als deze laatste verbonden.
Niettegenstaande de acceptatie bij tussenkomst kunnen degene voor wie zij werd gedaan, en degenen die tegenover hem regresplichtig zijn, van de houder, tegen terugbetaling van de bij artikel VII.216/49 aangewezen som, de afgifte van de wisselbrief, van het protest en van een voor voldaan getekende rekening vorderen, indien daartoe aanleiding bestaat.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 122, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Onderafdeling 3. [
1 Betaling bij tussenkomst]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 123, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/60. [
1 De betaling bij tussenkomst kan plaatshebben in alle gevallen waarin, hetzij op de vervaldag, hetzij vóór de vervaldag, de houder recht van regres heeft.
De betaling moet de gehele som belopen, welke degene voor wie zij heeft plaatsgehad, moest voldoen. Zij moet plaatshebben uiterlijk op de dag volgende op de laatste dag waarop het protest van niet-betaling kan worden opgemaakt.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 124, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/61. [
1 Indien de wisselbrief is geaccepteerd door interveniënten wier woonplaats ter plaatse van betaling is gevestigd, of indien personen wier woonplaats in dezelfde plaats is gevestigd, zijn aangewezen om in geval van nood te betalen, moet de houder de wisselbrief aan al die personen aanbieden, en, indien daartoe aanleiding bestaat, protest van niet-betaling doen opmaken uiterlijk op de dag volgende op de laatste dag waarop dit kan geschieden.
Bij gebreke van protest binnen die termijn zijn degene die het noodadres heeft gesteld of voor wie de wisselbrief is geaccepteerd, en de latere endossanten van hun verbintenis bevrijd.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 124, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/62. [
1 De houder die weigert de betaling bij tussenkomst aan te nemen, verliest zijn recht van regres op hen die daardoor zouden zijn bevrijd.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 124, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/63. [
1 De betaling bij tussenkomst moet worden vastgesteld door een kwijting, geplaatst op de wisselbrief met aanwijzing van degene voor wie zij is gedaan. Bij gebreke van die aanwijzing wordt de betaling geacht voor de trekker te zijn gedaan.
De wisselbrief en het protest, indien dit is opgemaakt, moeten worden uitgeleverd aan hem die bij tussenkomst betaalt.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 124, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/64. [
1 Hij die bij tussenkomst betaalt, verkrijgt de rechten, uit de wisselbrief voortvloeiende, tegen degene voor wie hij heeft betaald, en tegen degenen die tegenover deze laatste krachtens de wisselbrief verbonden zijn. Hij mag echter de wisselbrief niet opnieuw endosseren.
De endossanten, volgende op degene voor wie de betaling heeft plaatsgehad, zijn bevrijd.
Indien zich meer personen tot de betaling bij tussenkomst aanbieden, heeft die betaling de voorkeur welke het grootste aantal bevrijdingen teweegbrengt. De interveniënt die desbewust in strijd hiermede handelt, verliest zijn recht van regres tegen hen die anders zouden zijn bevrijd.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 124, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 9. [
1 - Wisselbrief in verscheidene exemplaren en wisselafschriften]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 125, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Onderafdeling 1. [
1 Wisselbrief in verscheidene exemplaren]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 126, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/65. [
1 De wisselbrief kan in verscheidene gelijkluidende exemplaren worden getrokken.
Die exemplaren moeten in de tekst zelf van de titel worden genummerd, bij gebreke waarvan elk exemplaar wordt beschouwd als een afzonderlijke wisselbrief.
Iedere houder van een wisselbrief waarin niet is vermeld dat deze in een enkel exemplaar getrokken is, kan op zijn kosten de levering van meer exemplaren vorderen. Te dien einde moet hij zich tot zijn onmiddellijke endossant wenden, die verplicht is zijn medewerking te verlenen om zijn eigen endossant aan te spreken, en zo vervolgens, teruggaande tot de trekker. De endossanten zijn verplicht de endossementen ook op dee exemplaren aan te brengen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 127, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/66. [
1 De betaling op één der exemplaren gedaan bevrijdt, ook al is niet bedongen dat die betaling de kracht der andere exemplaren teniet doet. Echter blijft de betrokkene verbonden door elk geaccepteerd exemplaar dat hem niet is terugbezorgd.
De endossant die de exemplaren aan verschillende personen heeft overgedragen, alsook de latere endossanten, zijn verbonden door alle exemplaren die hun handtekening dragen en die niet zijn terugbezorgd.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 127, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/67. [
1 Hij die één der exemplaren ter acceptatie heeft gezonden, moet op de andere exemplaren de naam van de persoon aanwijzen, in wiens handen dat exemplaar zich bevindt. Deze is verplicht, dit aan de rechtmatige houder van een ander exemplaar uit te leveren.
Weigert hij dit, dan kan de houder zijn recht van regres niet uitoefenen dan nadat hij door een protest heeft doen vaststellen :
1° dat het ter acceptatie gezonden exemplaar hem desgevraagd niet is uitgeleverd;
2° dat hij de acceptatie of de betaling op een ander exemplaar niet heeft kunnen verkrijgen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 127, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Onderafdeling 2. [
1 Wisselafschriften]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 128, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/68. [
1 Elke houder van een wisselbrief heeft het recht daarvan afschriften te vervaardigen.
Het afschrift moet het oorspronkelijke nauwkeurig weergeven met de endossementen en alle andere vermeldingen die erop voorkomen. Het moet aangeven, waar het afschrift ophoudt.
Het kan worden geëndosseerd en voor aval getekend op dezelfde wijze en met dezelfde gevolgen als het oorspronkelijke.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 129, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/69. [
1 Het afschrift moet degene in wiens handen het oorspronkelijke stuk zich bevindt, vermelden. Deze is verplicht het oorspronkelijke stuk aan de rechtmatige houder van het afschrift uit te leveren.
Weigert hij dit, dan kan de houder zijn recht van regres tegen hen, die het afschrift hebben geëndosseerd of voor aval getekend, niet uitoefenen dan nadat hij door een protest heeft doen vaststellen, dat het oorspronkelijke stuk hem desgevraagd niet is uitgeleverd.
Indien na het laatste daarop geplaatste endossement, alvorens het afschrift is vervaardigd, het oorspronkelijke stuk de clausule draagt: "van hier af geldt het endossement slechts op de kopie", of enige andere daarmede gelijkstaande clausule, is een nadien op het oorspronkelijke stuk geplaatst endossement nietig.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 129, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 10. [
1 - Tekstveranderingen]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 130, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/70. [
1 In geval van verandering van de tekst van een wisselbrief zijn zij die daarna hun handtekening op de wisselbrief hebben geplaatst, volgens de veranderde tekst verbonden; zij die daarvoor hun handtekening op de wisselbrief hebben geplaatst, zijn verbonden volgens de oorspronkelijke tekst.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 131, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 11. [
1 - Verjaring]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 132, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII. [
1 Alle rechtsvorderingen welke uit de wisselbrief tegen de acceptant voortvloeien, verjaren door verloop van drie jaren, te rekenen van de vervaldag.
De rechtsvorderingen van de houder tegen de endossanten en tegen de trekker verjaren door verloop van een jaar, te rekenen van de dagtekening van het tijdig opgemaakte protest of, in geval van de clausule "zonder kosten", van de vervaldag.
De rechtsvorderingen van de endossanten tegen elkander en tegen de trekker verjaren door verloop van zes maanden, te rekenen van de dag waarop de endossant de wisselbrief heeft betaald tot voldoening aan zijn regresplicht, of van de dag waarop hijzelf in rechte is aangesproken.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 133, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/72. [
1 In geval van verjaring blijft, ten bate van hem die de wisselbrief vóór de vervaldag heeft verkregen, een rechtsvordering bestaan :
1° tegen de trekker die geen fonds bezorgd heeft;
2° tegen de trekker, de acceptant of de endossant die zich onrechtmatig verrijkt heeft.
Deze rechtsvordering verjaart door verloop van dezelfde termijnen als in artikel VII.216/71 bepaald, te rekenen van de dag waarop de bij dat artikel bepaalde verjaring verkregen was.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 133, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/73. [
1 De stuiting der verjaring heeft slechts gevolgen tegen degene ten aanzien van wie de daad van stuiting heeft plaatsgehad.
De verjaring van de vorderingen die voortvloeien uit een wisselbrief, wordt gestuit door rechtsvervolging; zij wordt geschorst door feiten van overmacht.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 133, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Afdeling 12. [
1 - Algemene bepalingen]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 134, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/74. [
1 De betaling van een wisselbrief waarvan de vervaldag een wettelijke feestdag is, kan eerst worden gevorderd op de eerstvolgende werkdag. Evenzo kunnen alle andere handelingen met betrekking tot wisselbrieven, met name de aanbieding ter acceptatie en het protest, niet plaatshebben dan op een werkdag.
Wanneer een van die handelingen moet worden verricht binnen een zekere termijn waarvan de laatste dag een wettelijke feestdag is, wordt die termijn verlengd tot de eerste werkdag volgende op het einde ervan. De tussenliggende feestdagen zijn begrepen in de berekening van de termijn.
Voor de toepassing van dit artikel is de zaterdag gelijkgesteld met een wettelijke feestdag.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 135, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/75. [
1 In de wettelijke of bij overeenkomst vastgestelde termijnen, wordt de dag waarop zij aanvangen, niet medegerekend.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 135, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. VII.216/76. [
1 Geen enkele dag uitstel, behalve de in dit hoofdstuk bepaalde, wordt door de wet of door de rechter toegestaan.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-04-15/14, art. 135, 059; Inwerkingtreding : 01-11-2018>