De strafbaarstelling van schuldig verzuim vereist niet dat de hulp die wordt geboden ook daadwerkelijk doeltreffend is. Het volstaat dat de verzuimer redelijkerwijze hulp had kunnen verlenen of laten verlenen op het ogenblik dat hij het gevaar vaststelde. De wet straft het verzuim als moreel laakbare houding, niet het uitblijven van een succesvol resultaat. De verplichting bestaat zelfs wanneer de slaagkansen van de tussenkomst gering zijn.
De rechtspraak bevestigt dat de hulp ook gebrekkig, onsuccesvol of zelfs onhandig mag zijn zonder dat dit strafbaarheid uitsluit. Zo werd geoordeeld dat geen sprake is van schuldig verzuim wanneer iemand daadwerkelijk een poging onderneemt om hulp te bieden, ook al is die hulp niet geslaagd of onvoldoende. De intentie om te helpen en het effectief ondernemen van actie volstaan om het misdrijf uit te sluiten. Louter ter plaatse blijven zonder iets te doen – dus niet gaan lopen – wordt daarentegen niet als hulp beschouwd. Passiviteit op zich is onvoldoende.
De vereiste is dat de verzuimer zich tot een vorm van daadwerkelijke hulpverlening wendt, hetzij door zelf in te grijpen, hetzij door een derde op te roepen. Daarbij moet men zich op het ogenblik van het verzuim afvragen of de situatie zodanig was dat een redelijke tussenkomst aangewezen leek. Er wordt dus gekeken naar het gedrag dat van een gemiddeld verantwoordelijk persoon verwacht mag worden in eenzelfde situatie.
De doeltreffendheid van de hulpverlening speelt wél een rol in de bewijsvoering bij de beoordeling van het oorzakelijk verband in het kader van een burgerlijke vordering of bij de strafmaat, maar niet in de vaststelling van het misdrijf zelf. Artikel 422bis viseert het niet-verschoonbaar egoïsme van de onthouding, niet de mislukking van de hulp. Alleen wanneer de hulpverlening objectief onmogelijk was of een ernstig gevaar voor de verzuimer of derden inhield, vervalt de verplichting. In alle andere gevallen volstaat het bestaan van een redelijke kans op nuttige tussenkomst. Dat de poging achteraf ondoeltreffend blijkt, is juridisch zonder belang.