Aangeven en nummeren van de artikelen en indeling van juridische teksten
Aanbevelingen van de raad van state:
Wanneer de tekst één enkel artikel bevat, schrijf dan (in vet lettertype) “Enig artikel”.
Wanneer de tekst meer dan één artikel bevat:
a) nummer de artikelen in Arabische cijfers; schrijf eerst (in vet lettertype) “Artikel 1”(72) en daarna “Art. 2”, “Art. 3”, “Art. 4”;
b) nummer de artikelen doorlopend van doorlopend van het begin tot het einde van het dispositief, zelfs als het dispositief is ingedeeld in hoofdstukken. Begin dus niet telkens elk hoofdstuk met een
“Artikel 1”.
Wanneer u de tekst voor het eerst nummert, werk dan nooit met “.../1.”, “.../2.” of “...bis.”, “...ter.”, want die nummering dient alleen voor artikelen die worden ingevoegd tussen bestaande artikelen.
Geval waarin en wijze waarop elk artikel een opschrift krijgt
Behandelt een tekst veel verschillende punten die alle even belangrijk zijn, bekijk dan de
mogelijkheid om elk artikel een opschrift te geven zodat ze makkelijker kunnen worden herkend.
Onderschat echter niet de praktische bezwaren van deze keuze bij het opstellen van de oorspronkelijke tekst en bij alle wijzigingen ervan.
Wanneer elk artikel een opschrift krijgt, moet ervoor gezorgd worden dat het voor de lezer duidelijk is om welk artikel het gaat en wat de inhoud ervan is:
a) geef elk artikel een specifiek opschrift;
b) kies een opschrift dat de inhoud van het artikel nauwkeurig en volledig weergeeft;
c) geef aan het artikel een inhoud die volledig overeenstemt met het opschrift.
Het opschrift van een artikel is geen rechtsregel, in tegenstelling tot zijn inhoud. Als het opschrift en de inhoud van een artikel niet met elkaar overeenstemmen, primeert dus de inhoud.
Indeling van een artikel
Geef het artikel een eenvoudige structuur die de logische ordening van de uitgewerkte ideeën weerspiegelt en die goed te volgen is voor de lezer.
Het artikel kan worden ingedeeld in leden en paragrafen.
Een lid bestaat uit één of meer zinnen die beginnen met een nieuwe regel of met de aanduiding van het artikel of de paragraaf waartoe ze behoren en eindigen met het eindpunt van de laatste volzin.
Een lid wordt niet ingeleid met een typografisch teken. Een lid kan alleen worden herkend dank zij lay-outvoorschriften:
a) het begin van een lid wordt aangegeven door het licht inspringen van de eerste regel of door het inspringen ten opzichte van de vermelding van het artikel of de paragraaf waarvan het deel uitmaakt;
het einde van een lid wordt aangegeven door een witregel.
Een paragraaf bevat één of meer leden. Hij wordt aangegeven met het typografische teken “§” dat gevolgd wordt door een nummering met Arabische cijfers: “§ 1.”, “§ 2.”, “§3.”, “§4.” enz.
Wanneer een artikel uit verscheidene zinnen bestaat, vorm dan coherente tekstblokken:
a) plaats zinnen zonder logisch onderling verband in afzonderlijke leden;
b) breng zinnen met een logisch onderling verband samen in één lid. Let wel op dat ze geen te compact tekstblok vormen, waardoor een vlotte lectuur wordt bemoeilijkt.
Zorg ervoor dat een artikel niet te veel leden bevat, want dan zijn ze moeilijk herkenbaar bij latere verwijzingen of wijzigingen. Overweeg dus of het beter is het artikel in te delen in paragrafen, door leden met een logisch onderling verband samen te brengen in één paragraaf.
Wanneer u een artikel indeelt in paragrafen, zorg er dan voor dat alle onderdelen van het artikel in een paragraaf staan. De volgende werkwijzen zijn dus niet correct:
a) een artikel beginnen met één of meer leden die niet worden voorafgegaan door het
paragraafteken “§” en voortgaan met paragrafen;
b) paragrafen gebruiken om de onderdelen van een opsomming aan te geven;
Deel een artikel niet in paragrafen in als die indeling:
a) tot gevolg heeft dat elke paragraaf maar één lid bevat;
b) het artikel niet leesbaarder wordt.
Geef nooit een opschrift aan een onderdeel van een artikel. Opsomming binnen een zin
Wanneer u zaken binnen een zin wenst op te sommen:
a) gebruik dan een inleidende zin en beëindig die met een dubbelepunt;
b) gebruik een verticale opsomming en werk met de onderverdelingen “1/”, “2/”, “3/” enz. die op hun beurt eventueel kunnen worden onderverdeeld in “a)”, “b)”, “c)”, enz. ;
c) plaats aan het einde van elke onderverdeling van de opsomming een puntkomma en begin een nieuwe regel;
d) wanneer u aan de laatste onderverdeling van de opsomming aankomt, geef dan het einde van die opsomming aan met een punt, gevolgd door een witregel om aan te geven dat het volgende lid of de volgende paragraaf begint.
59. Werk in een opsomming niet met streepjes of soortgelijke typografische tekens zoals “*”, “!”, “#”.
Als u geen nummering gebruikt, bemoeilijkt u de identificatie van de onderdelen van de opsomming en verhoogt u ook het risico op vergissingen bij verwijzingen of wijzigingen.
Gebruik in een opsomming geen tussenzinnen, dat zijn zinnen die de opsomming onderbreken om aanvullende informatie toe te voegen over een opgesomd onderdeel.
Het inlassen van tussenzinnen is uit taalkundig oogpunt verkeerd en heeft drie nadelen:
a) de tekst wordt minder vlot leesbaar, omdat de lezer gedwongen wordt te stoppen bij het overlopen van de opsomming en zich op een bepaald punt te concentreren;
b) verwijzen wordt moeilijk, omdat men niet weet hoe men de te citeren tussenzin correct kan aangeven;
c) als de tussenzin als een lid wordt weergegeven, kan men tot de vreemde situatie komen dat men een lid in een reeds bestaand lid heeft.
Die nadelen kunnen eenvoudig worden opgelost door na de opsomming een specifiek lid op te nemen waarin wordt verwezen naar het onderdeel van de opsomming dat moet worden toegelicht. Meer in het algemeen, als verscheidene onderdelen van de opsomming moeten worden toegelicht, voeg dan na de
a) opsomming evenveel leden in als er toelichtingen te geven zijn.
zes niveaus waarin artikelen kunnen worden gegroepeerd.
Hoofdstuk (1 niveau)
Hoofdstuk (2 niveaus)
Afdeling
Hoofdstuk (3 niveaus)
Afdeling
Onderafdeling
Titel (4 niveaus)
Hoofdstuk
Afdeling
Onderafdeling
Boek (5 niveaus)
Titel
Hoofdstuk
Afdeling
Onderafdeling
Deel (6 niveaus)
Boek
Titel
Hoofdstuk
Afdeling
Onderafdeling
Laat geen enkel artikel buiten de indelingen tot groepering van artikelen, zelfs niet een artikel 1 dat enkel aangeeft welke aangelegenheid wordt geregeld of welke Europese richtlijn wordt omgezet. Een dergelijk artikel neemt men dan bijvoorbeeld op in een hoofdstuk met als opschrift “Inleidende bepalingen” of “Voorwerp”, naar gelang van het geval.
Nummer alle indelingen tot groepering van artikelen met hoofdtelwoorden in Arabische cijfers en plaats een punt na de vermelding van het nummer.
Om twee redenen is een nummering met Arabische cijfers beter dan een nummering met Romeinse cijfers: enerzijds zorgt ze voor een eenvormige nummering wanneer een nieuwe indeling wordt toegevoegd tussen de bestaande indelingen in de vorm van “.../1.", “.../2.", anderzijds is die nummering beter geschikt voor zoekacties in elektronische databanken.
In het Frans wordt de eerste indeling van een groepering van artikelen aangegeven met de rangtelwoorden“1er” of “1re”.
Voorbeelden: “Chapitre 1er.” en “Section 1re”.
Gebruik een nauwkeurig, volledig en bondig opschrift voor elke indeling waarbij artikelen worden gegroepeerd.
Een opschrift is geen rechtsregel. Als het opschrift en de artikelen niet met elkaar overeenstemmen,primeren dus de artikelen.
Bron: Raad van State
voor de integrale brontekst van de Raad van State zie deze link