(wet van 19 oktober 2015 houdende wijzigingen van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie, BS 22 oktober 2015) - Wijzigingen in het Gerechtelijk Wetboek .
Het nieuwe artikel 91 Gerechtelijk Wetboek luidt:
"Art. 91 In burgerlijke en strafzaken worden de vorderingen toegewezen aan kamers met één rechter, behalve in de gevallen van artikel 92.
In strafzaken wordt de zaak vastgesteld voor een kamer met drie rechters wanneer het openbaar ministerie zulks vermeldt in de dagvaarding (of de oproeping).
De verwijzing naar een kamer met drie rechters wordt eveneens bevolen wanneer de beklaagde dit vraagt bij zijn verschijning voor de raadkamer met het oog op de regeling van de procedure.
De tekst van het voorgaande lid moet in de oproeping voor de raadkamer worden vermeld.
Wordt de beklaagde voor de correctionele rechtbank gedagvaard (of opgeroepen) zonder dat er een verwijzingsbevel is, dan kan hij zijn verzoek formuleren binnen acht dagen na de dagvaarding (of de oproeping).
De tekst van het voorgaande lid wordt in de dagvaarding vermeld.
Wanneer de beklaagde wordt opgeroepen voor de correctionele rechtbank in het kader van een procedure tot onmiddellijke verschijning zoals bedoeld in artikel 216quinquies van het Wetboek van strafvordering, kan hij dit verzoek ten laatste uiten voor zijn eerste verhoor door de rechter ten gronde
In burgerlijke zaken gelast de rechter de verwijzing naar een kamer met drie rechters wanneer een partij, vóór elk verweer, hierom schriftelijk verzoekt op de dag van de inleiding van de zaak. Dat verzoek kan niet worden gedaan naar aanleiding van een vrijwillige of een gedwongen tussenkomst.
In strafuitvoeringszaken worden de zaken betreffende één of meer vrijheidsstraffen waarvan het uitvoerbare gedeelte drie jaar of minder bedraagt, toegewezen aan de rechter in de strafuitvoeringsrechtbank die zitting houdt als alleenrechtsprekend rechter
Het hoger beroep tegen beslissingen van de politierechtbank over burgerlijke rechtsvorderingen die tezelfdertijd en voor dezelfde rechters worden vervolgd als de strafvordering, voor zover dit hoger beroep niet gelijktijdig met het hoger beroep op strafgebied wordt behandeld, wordt toegewezen aan een kamer met één rechter.
Dit hoger beroep wordt toegewezen aan een kamer met drie rechters indien dit werd gevraagd door de beklaagde, de burgerrechtelijk aansprakelijke partij of de burgerlijke partij bij de verklaring van hoger beroep, of, op straffe van verval, binnen vijftien dagen na de betekening of kennisgeving ervan, door een verklaring op de griffie van de rechtbank die het vonnis heeft gewezen of van de rechtbank die de zaak behandelt in hoger beroep. Deze mogelijkheid wordt vermeld in de dagvaarding.
In strafuitvoeringszaken worden de zaken betreffende de invordering van verbeurdverklaarde geldsommen, geldboeten en gerechtskosten enkel toegewezen aan de rechter in de strafuitvoeringsrechtbank die zitting houdt als alleenrechtsprekend rechter.
De strafuitvoeringsrechter die kennis neemt van de zaak heeft, bij voorkeur, de gespecialiseerde opleiding gevolgd over de tenuitvoerlegging van veroordelingen houdende verbeurdverklaring van geldsommen, van geldboeten en van gerechtskosten, georganiseerd door het Instituut voor gerechtelijke opleiding.
In interneringszaken worden de volgende zaken toegewezen aan de rechter in de strafuitvoeringsrechtbank, die zitting houdt als alleenrechtsprekend rechter :
1° de verzoeken tot overplaatsing om dringende redenen, bepaald bij artikel 59, § 1, van de wet van 21 april 2007 betreffende de internering van personen met een geestesstoornis;
2° de bij artikel 18, § 2, 1° en 2°, van dezelfde wet bepaalde verzoeken tot uitgaansvergunning."