Het direct menselijk contact en het gesproken woord, is de laatste 10 jaar meer en meer vervangen door elektronische communicatie, waaronder e-mail, waarin intieme zielenroerselen, flarden van gedachten worden uitgewisseld, tussen collega’s, familie en vrienden.
Vandaag wordt de elektronische communicatie niet alleen voor zakelijke bedoelingen gebruikt maar ook voor de meest informele vertrouwelijke allerpersoonlijkste overpeinzingen die na enkele seconden elektronisch naar een bestemmeling worden gestuurd in wie men een absoluut vertrouwen stelt, zeker wanneer men schrijft over zichzelf of zijn relatie.
Dit is niet altijd verstandig. Maar meer en meer mensen vinden hierin nog de enige uitlaatklep. Ja zelfs staatshoofden en regeringsleiders, die ook maar mensen zijn, uiten zich aldus in hun privéleven.
In de elektronische wereld, waartoe chatberichten en e-mails behoren, wordt angst geuit, onzekerheid, gefingeerd geluk, opborrelingen zonder vorm noch gedaante, dromen. Zij zijn geen verklaringen, laat staan bewijzen.
Nog lang voor d e-mail bestond beschreef Elschot het verschil tussen droom en daad, tussen droom en formele verklaring, tussen droom en wet (tussen partijen) in de wereldberoemde zin: "“Tussen droom en wet staan wetten in de weg en praktische bezwaren en ook weemoedigheid die niemand kan verklaren en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat”.