Een pachtcontract is een overeenkomst ten bezwarende titel. Een contract tot gebruik van landbouwgronden zonder betaling van een pachtprijs is derhalve geen pachtovereenkomst maar een overeenkomst van bruikleen of commodaat.
De bezetting ter bede is in tegenstelling tot het contract van bruikleen, een intuitu personae contract ten bezwarende titel (eindigend bij overlijden en vervreemding), waarbij een faciliteit over een onroerend goed wordt verleend tegen betaling met dien verstande dat partijen overeenkomen dat de faciliteit ten alle tijde kan worden opgezegd door de partij die de failiteit verleende. Indien er geen prijs betaald wordt, spreken we niet meer over een contract ter bede maar over een bruileen of commodaat.
Niettegenstaande de opzegbaarheid "ten alle tijde", vereist de redelijkheid dat de opzegging gebeurt met een redelijke opzegtermijn, die zelfs contractueel kan vastgelegd.
Hij die landbouwgronden ter beschikking stelt middels een contract ter bede heeft niet de bedoeling zich te verbinden zoals een verpachter en een persoon die een landbouwgronden in gebruik neemt ter bede, ziet met zoveel woorden af van zijn bescherming als pachter.
De constructie "bezit ter bede" over pachtgronden kan evenwel slechts zeer tijdelijk als uitzonderingsregime gelden en zeker niet ter omzeiling van de pachtwet, zoals een tijdelijke regeling in afwachting van de vereffening-verdeling van een nalatenschap, een regeling in afwachting va een uitgesteld vertrek va een pachter, temporele exploitatie van gronden die het statuut van landbouwgronden hebben verloren. Deze voorbeelden, die als goede voorbeelden naar Belgisch recht kunnen aangewend, maar alsdusdanig niet beschreven werden in Belgische wetgeving werden geïnspireerd door artikel 411, 2 van de Franse Code rural.
Wanneer een eigenaar, tegen betaling van een vergoeding, het genot van een onroerend goed geeft aan een persoon die dit goed, met instemming van de eigenaar, hoofdzakelijk gebruikt in zijn landbouwbedrijf, zijn de dwingende bepalingen van de Pachtwet in beginsel van toepassing.
Wanneer bijzondere omstandigheden voorhanden zijn, waarbij de eigenaar zich bevindt in een wachtsituatie die verantwoordt dat de dwingende bepalingen van de Pachtwet niet van toepassing zijn, kunnen de partijen, zonder enige bedoeling van wetsontduiking, een overeenkomst van bezetting ter bede sluiten waarbij aan de gebruiker slechts een precair gebruiksrecht wordt toegekend.
De bezetting ter bede veronderstelt bijgevolg niet enkel de bedoeling om slechts een precair gebruiksrecht en geen aan de Pachtwet onderworpen pachtrecht te verlenen, maar ook het bestaan van bijzondere omstandigheden die de uitsluiting van de dwingende bepalingen van de Pachtwet verantwoorden.
Voorbeelden alwaar bezetting ter bede kan worden aangenomen:
– een verwachte onteigening;
– een aanstaande stedenbouwkundige ingreep;
– een lopende procedure;
– een sanering na een natuurramp
– tijdelijke situatie in afwachting van regelingen voorlopig bewind;
– gezondheidsproblemen of toestanden van eerder tijdelijke onnozelheid
– een nakende examenuitslag;
–de bedoeling van de eigenaar om het goed te verkopen;
–de afwachtingssituatie wegens de hoge leeftijd van de eigenaar
Kortom en hoe dan ook omstandigheden zoals in concreto door de rechter te beoordelen en al dan niet te weerhouden.