Wie schade heeft geleden door onrechtmatige daad heeft recht op het bedrag dat nodig is s om de herstelling uit te voeren, wanneer de zaak is vernield of teniet gegaan heeft het slachtoffer recht op de vervangingswaarde van zijn vernielde zaak, zijnde het bedrag dat nodig is om de vernielde zaak te vervangen door een gelijkaardige zaak.
Hierbij wordt rekening gehouden met normale marktprijzen en niet met de prijs waaraan het vervangend goed of de herstelling middels vriendenprijsje of vriendendienst kan bekomen.
Het vrije beschikkingsbeginsel over de schadevergoeding houdt in dat r de schuldeiser van de schadevergoeding niet verplicht is om de toegekende om de schadevergoeding effectief te gebruiken voor een wederaanschaf of herstelling. .
De schadelijder kan er ook voor kiezen om de schade niet te herstellen en met zijn centen iets anders te doen naar volledige vrije keuze. Deze vrije keuze heeft geen gevolg voor de toekenning van de schadevergoeding, ook niet voor de begroting ervan.
Het feit dat een een eigenaar van een voertuig beslist zijn voertuig niet te laten herstellen en met d bluts verder te rijden brengt niet met zich mee dat de veroorzaker van die bluts door een onrechtmatige daad niet of minder zou gehouden zijn tot schadevergoeding.
Let wel: Het nieuw boek 6 BW toepasselijk voor feiten vanaf 1 januari 2025 bevat regels die de buitencontractuele aansprakelijkheid regelen met een codificering van het vrije beschikkingsrecht over de schadevergoeding
Art. 6.39 (nieuw) BW Vrije beschikking over de schadevergoedingHet bedrag van de schadevergoeding is niet afhankelijk van het gebruik dat de benadeelde ervan zal maken. Deze beschikt vrij over de schadevergoeding.COMMENTAAR
Vrije beschikking over de schadevergoeding (Art. 6.39.(nieuw) BW)
Zoals blijkt uit artikel 6.30 (nieuw) BW. heeft de benadeelde recht op integrale schadeloosstelling.
Dit houdt in dat wanneer hij een schadevergoeding vordert, het bedrag ervan hem moet kunnen plaatsen in de toestand waarin hij zich zou hebben bevonden, mocht het schadegeval zich niet hebben voorgedaan.
Dit brengt met zich mee dat hij een geldsom moet krijgen die hem toelaat de schade te herstellen, ongeacht of hij naderhand al dan niet tot effectief herstel overgaat.
Deze regel volgens dewelke de benadeelde een vergoeding moet krijgen die hem toelaat de schade integraal te herstellen, blijkt uit de vaste rechtspraak van het Hof van Cassatie met betrekking tot vergoeding van voertuigschade. Meer bepaald omvat deze vergoeding ook de btw op de herstelkosten of de kosten voor de aanschaf van een nieuw voertuig, ook al laat de benadeelde zijn voertuig uiteindelijk niet herstellen of gaat hij niet over tot vervanging van zijn voertuig en heeft hij dus geen btw betaald
Het bedrag van de schadevergoeding is niet afhankelijk van het gebruik dat de benadeelde ervan zal maken. Deze beschikt vrij over de schadevergoeding (art. 6.39 (nieuw) BW).
De benadeelde beschikt dus vrij over de schadevergoeding die hij ontvangt van de aansprakelijke. De benadeelde is dus niet verplicht om de vergoeding aan te wenden voor effectief herstel van zijn schade. De aansprakelijke kan geen vergoeding weigeren op grond van de vaststelling dat de benadeelde niet tot herstel zal overgaan.
Art. 6.39 (nieuw) BW sluit aan bij artikel 147 van de Wet betreffende de verzekeringen van 4 april 2014. Deze bepaling voorziet in dezelfde bescherming van de benadeelde in het kader van de aansprakelijkheidsverzekering.
zie ook:
www.elfri.be - Artikel - Vrije beschikking over de schadevergoeding (Art. 6.39.(nieuw) BW)
www.elfri.be - Artikel - Boek 6 Burgerlijk Wetboek buitencontractuele aansprakelijkheid
Memorie van toelichting bij de wet
Wet houdende boek 6 "Buitencontractuele aansprakelijkheid" van het Burgerlijk Wetboek