De huurwaarborg
Vanaf 1 januari 2019 mag de verhuurder voor woningen gelegen in het Vlaamse gewest een huurwaarborg van 3 maanden vragen.
De samenstelling van de huurwaarborg kan vrij beslist worden door de huurder middels:
- storting van een geldsom op een geblokkeerde rekening,
- zakelijke zekerheidsstelling bij een financiële instelling
- een bankwaarborg met tussenkomst van het OCMW.
- mits de verhuurder ermee instemt, via een persoonlijke borgstelling
Faciliteiten voor huurders met betalingsproblemen:
Om het recht op huisvesting te waarborgen kunnen huurders die moeilijk een waarborg van drie maanden huur kunnen betalen, bij het Vlaams Woningfonds een renteloze huurwaarborglening vragen. U vindt meer informatie over de huurwaarborglening op de website van het Vlaams Woningfonds.
Toelichting bij het Vlaamse woninghuurdecreet
Inwerkingtreding
1 januari 2019 voor huurcontracten van huurwoningen in Vlaanderen vanaf die datum.
Waarom?
Sinds de zesde staatshervorming is de regeling voor woninghuurcontracten geen federale materie meer maar een gewestmaterie.
De federale woninghuurwet werd opgeheven om plaats te maken voor de regelgeving van het Vlaams, Waals en Brussels gewest.
Voor de Brusselse Code zie Ordonnantie van 27 juli 2017 houdende de regionalisering van de woninghuurovereenkomst klik hier.
Voor het Waalse Decreet van 15 maart 2018 betreffende de woninghuurovereenkomst klik hier.
Klik hier voor het Vlaamse woninghuurdecreet