In de hierna vermelde bepalingen had de wetgever in 2018, in de haast waarmee ze haar uitspuwde over de bevolking, vergeten op diverse plaatsen de naam “rechtbank van koophandel” te wijzigen in "ondernemingsrechtbank".
Door de voormelde wet van 15 april 2018 draagt de rechtbank van koophandel de naam ondernemingsrechtbank vanaf 01/11/2018. De "voorzitter in handelszaken" heet thans "voorzitter in ondernemingszaken". De term "rechter in handelszaken" wordt "rechter in ondernemingszaken".
Begrippen als “handelaar” en “daden van koophandel” verdwijnen om plaats te maken voor het ondernemingsbegrip.
Het wetboek van koophandel is zo goed als volledig opgeheven met een verhuis van de artikels naar het WER.
In het WER zijn de bewijsregels in handelszaken geschrapt en zijn nieuwe bepalingen over het ondernemingsbewijs opgenomen in het burgerlijk wetboek.
De ondernemingsrechtbanken zijn georganiseerd per ressort. Uitzondering de ressorten Luik en Brussel wordt hiervan afgeweken omwille van de taalwetgeving. Zo is er in Eupen een Duitstalige ondernemingsrechtbank en zijn In het gerechtelijk arrondissement Brussel twee ondernemingsrechtbanken, een Nederlandstalige en een Franstalige. Dit maakt dat er negen ondernemingsrechtbanken zijn, met name in:
Antwerpen (voor het gerechtelijk gebied Antwerpen, Nederlandstalig);
Bergen-Charleroi (voor het gerechtelijk gebied Bergen, Franstalig);
Brussel (voor het gerechtelijk arrondissement Brussel, zowel een Nederlandstalige als een Franstalige ondernemingsrechtbank);[4]
Eupen (voor het gerechtelijk arrondissement Eupen, Duitstalig);
Gent (voor het gerechtelijk gebied Gent, Nederlandstalig);
Leuven (voor het gerechtelijk arrondissement Leuven, Nederlandstalig);
Luik (voor het gerechtelijk gebied Luik, Franstalig);
Nijvel voor het gerechtelijk arrondissement Waals-Brabant, Franstalig).
De ondernemingsrechtbank staat op het zelfde niveau als de rechtbank van eerste aanlag en de arbeidsrechtbank. Hoger beroep tegen appellabele uitspraken van de ondernemingsrechtbank dienen ingesteld voor het Hof van Beroep.
De ondernemingsrechtbank is bevoegd voor alle geschillen tussen ondernemingen en dit ongeacht de waarde van het geschil.
Een vordering van een particulier tegen een onderneming kan eveneens voor de ondernemingsrechtbank worden gebracht.
Bevoegdheid:
De ondernemingsrechtbank behandelt geschillen tussen ondernemingen, namelijk tussen alle natuurlijke personen die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefenen (handelaars, vrije beroepen en bestuurders), de rechtspersonen (vennootschappen, verenigingen en stichtingen) en organisaties zonder rechtspersoonlijkheid. Het geschil mag evenwel niet vallen onder de bijzondere bevoegdheid van andere rechtscolleges en die, wat natuurlijke personen betreft, geen betrekking hebben op een handeling die kennelijk vreemd is aan de onderneming.
Ongeacht het bedrag van de vordering heeft de ondernemingsrechtbank een bijzondere bevoegdheid onder meer voor geschillen inzake , vennootschappen, verenigingen of stichtingen, van geschillen inzake intellectuele eigendomsrechten, van geschillen inzake marktpraktijken,en van geschillen inzake wissel- en orderbrieven,
De ondernemingsrechtbank is uitsluitend bevoegd voor vorderingen en geschillen rechtstreeks ontstaan uit een insolventieprocedure (faillissement en gerechtelijke reorganisatie)
De ondernemingsrechtbank heeft een bestuurlijke bevoegdheid buiten elk geschil om. Zo neemt de ondernemingsrechtbank de eed af van o.a. beëdigde wegers, scheepsmeters of meters voor zee- en binnenvaart en de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren; de bedrijfsrevisoren. Binnen de ondernemingsrechtbank fungeren de kamers voor ondernemingen in moeilijkheden. Zij sporen ondernemingen op die zich in financiële moeilijkheden bevinden om de continuïteit van de onderneming en de belangen van de schuldeisers te beschermen.
De ondernemingsrechtbank is verder bevoegd mbt vorderingen tot staking inzake marktpraktijken, toezicht inzake de financiële sector, reisbemiddeling, huwelijksbureaus, incassokantoren,…, de maatregelen inzake de werking van een vennootschap, de maatregelen inzake de continuïteit van een onderneming,
Voor het nieuwe ondernemingsbegrip in het WER (wetboek economisch recht) klik hier