Art. 27. De overdracht van het loon moet gebeuren bij een akte onderscheiden van die welke de hoofdverbintenis waarvan zij uitvoering waarborgt, bevat.
Die akte wordt opgemaakt in zoveel exemplaren als er partijen zijn met een onderscheiden belang.
(In de gevallen waarin de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet toepasselijk is, moeten de bepalingen van de artikelen 28 tot 32 in de akte voorkomen.) <W 1991-06-12/30, art. 113, 006;
Inwerkingtreding : onbepaald>
De bepalingen van dit artikel zijn voorgeschreven op straffe van nietigheid.
Art. 28.Bij gebreke van verzet door de overdrager overeenkomstig artikel 29 heeft de overdracht gevolg, nadat de overnemer:
1° aan de overdrager kennis heeft gegeven van zijn voornemen de overdracht uit te voeren;
2° aan de gecedeerde schuldenaar [
1 een bevestiging heeft gezonden dat de onder 1° bedoelde kennisgeving verzonden werd]
1;
3° na het verstrijken van de termijn van verzet, aan de gecedeerde schuldenaar [
1 zijn beslissing heeft verzonden om tot de uitvoering van de overdracht over te gaan]
1.
----------
(
1)<W
2016-03-07/08, art. 2, 026; Inwerkingtreding : 31-03-2016>
Art. 28bis.<Ingevoegd bij KB 2004-12-27/41, art. 6;
Inwerkingtreding : onbepaald> De aanzegging bedoeld in artikel 28, 1°, bevat, op straffe van nietigheid, het aangifteformulier voor kind ten laste, waarvan het model bepaald is door de Minister van Justitie.
Art. 29.Binnen tien dagen na de verzending van de in artikel 28, 1°, bedoelde kennisgeving kan de overdrager zich verzetten tegen het voornemen tot uitvoering van de overdracht, mits hij daarvan kennis geeft aan de gecedeerde schuldenaar.
(...) <W 2006-07-20/39, art. 21, 018;
Inwerkingtreding : 30-01-2007; zie ook W
2006-07-20/39, art. 29>
Binnen vijf dagen na de verzending van de brief van de overdrager moet de gecedeerde schuldenaar de overnemer daarvan in kennis stellen.
In geval van verzet mag de gecedeerde schuldenaar niets inhouden van het loon ter uitvoering van de overdracht, zolang deze niet bekrachtigd is overeenkomstig artikel 31.
Art. 30.[
1 § 1. Op straffe van nietigheid geschieden alle in de artikelen 28, 1°, en 29 bedoelde kennisgevingen bij aangetekende zending, bij deurwaardersexploot, waarvan de kosten ten laste blijven van degene die ze gemaakt heeft.
Op straffe van nietigheid geschieden alle in de artikelen 28, 2° en 3°, bedoelde kennisgevingen bij aangetekende zending, bij deurwaardersexploot of door middel van een procedure waarbij een informaticatechniek gebruikt wordt waarvan de kosten ten laste blijven van degene die ze gemaakt heeft. Ongeacht de verzendingsmethode van de kennisgevingen bevatten deze dezelfde informatie.
§ 2. Er moet een voorafgaand akkoord tussen de afzender en de ontvanger van de kennisgevingen bestaan opdat een informaticatechniek kan gebruikt worden.
Wanneer een openbare instelling van sociale zekerheid als gecedeerde schuldenaar optreedt en een informaticatechniek gebruikt wordt, is de uitwisseling van persoonsgegevens tussen de afzender en de ontvanger onderworpen aan de voorafgaande machtiging van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid, dat erop toeziet dat de oorsprong en de integriteit van de aldus uitgewisselde persoonsgegevens met afdoende waarborgen inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de informatieveiligheid worden vastgesteld.
Wanneer andere overheidsinstellingen of ondernemingen uit de private sector als gecedeerde schuldenaar optreden, worden de nadere regels van de "procedure waarbij een informaticatechniek wordt gebruikt" voorafgaandelijk door de Koning, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, vastgesteld en moet de gebruikte informaticatechniek de oorsprong en de integriteit van de kennisgeving door middel van aangepaste beveiligingstechnieken verzekeren. Die techniek moet eveneens de identificatie verzekeren van de natuurlijke persoon die verantwoordelijk is voor de verzending. Ze moet er tenslotte voor zorgen dat de datum en het uur van de verzending bepaald worden en dat de verzending met een ontvangstbevestiging wordt voltooid.
De "procedure waarbij een informaticatechniek wordt gebruikt" kan pas in werking treden wanneer:
- ofwel de nodige machtiging van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid is verkregen, wat de openbare instellingen van sociale zekerheid betreft die als gecedeerde schuldenaars optreden;
- ofwel wanneer het hoger bedoeld koninklijk besluit na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in werking is getreden, wat andere overheidsinstellingen of ondernemingen uit de private sector betreft die als gecedeerde schuldenaars optreden.
§ 3. Met als enig doel de in dit artikel vermelde bepalingen uit te voeren, wordt de schuldenaar-overdrager geïdentificeerd door het identificatienummer van het Rijksregister of, bij gebrek daaraan, het identificatienummer van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid als bedoeld in artikel 8, § 1, 2°, van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid.]
1 ----------
(
1)<W
2016-03-07/08, art. 3, 026; Inwerkingtreding : 31-03-2016>
Art. 31. In geval van verzet roept de overnemer de overdrager bij aangetekende brief, toegezonden door een deurwaarder, voor de vrederechter van het kanton van de woonplaats van de overdrager, ten einde de overdracht te horen bekrachtigen.
De vrederechter beslist in laatste aanleg, ongeacht het bedrag van de overdracht. Bij bekrachtiging kan de overdracht door de gecedeerde schuldenaar worden uitgevoerd op eenvoudige kennisgeving die hem door de griffier wordt gedaan binnen vijf dagen te rekenen van het vonnis.
Art. 31bis.<W 2006-07-20/39, art. 22, 018;
Inwerkingtreding : 30-01-2007; zie ook W
2006-07-20/39, art. 29> § 1. De overdrager die aanspraak kan maken op een verhoging van zijn inkomsten die niet vatbaar zijn voor beslag met toepassing van artikel 1409, § 1, vierde lid, of 1409, § 1bis, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, doet hiervan aangifte, afgegeven tegen ontvangstbewijs respectievelijk aan de overgedragen schuldenaar en, in afschrift, aan de overnemer of verzonden aan dezen bij aangetekende brief, door middel van een formulier waarvan het model bepaald is door de minister van Justitie.
§ 2. De verklaring zal rechtskracht hebben vanaf de maand volgend op de ontvangst ervan door de derde voor zover deze beschikt over een termijn van tien werkdagen vóór de gewone datum van de betaling, de hoedanigheid van kind ten laste wordt vastgesteld overeenkomstig het formulier en één van de bewijsmiddelen bedoeld in artikel 1409quater van het Gerechtelijk Wetboek, en de overdrager op erewoord verklaart dat het kind niet beschikt over inkomsten waarvan het bedrag hoger is dan door de Koning bepaald of dat zijn inkomsten het voorwerp zijn geweest van een gemeenschappelijke belastingsaangifte.
§ 3. Iedere betwisting wordt door de overnemer of de overdrager aan de vrederechter voorgelegd door een eenvoudige schriftelijke verklaring neergelegd ter griffie of aan de griffie verzonden. De overnemer en de overdrager worden bij gerechtsbrief opgeroepen voor de voor de rechter vastgestelde zitting.
De overgedragen schuldenaar wordt, bij gerechtsbrief, in kennis gesteld van het tussengeschil en is verplicht om, vanaf de volgende vervaldag van de betaling, behalve in geval van verzet van de overdrager op grond van artikel 29, derde lid, het bedrag van de toegepaste vermeerdering die aanleiding geeft tot betwisting in zijn handen onbeschikbaar te maken.
Onverminderd een overeenkomst tussen de overdrager en de overnemer loopt het gevolg van de onbeschikbaarheid verder tot de kennisgeving van de beschikking over de betwisting.
De rechter doet uitspraak bij voorrang boven alle andere zaken. De beschikking is niet vatbaar voor verzet of hoger beroep. Zij wordt onmiddellijk bij gerechtsbrief ter kennis gebracht van de overnemer, van de overdrager en van de overgedragen schuldenaar.
Indien de vermeerdering niet werd toegepast door de overgedragen schuldenaar zal de beschikking die de hoedanigheid van kind ten laste erkent rechtskracht hebben vanaf de maand volgend op de ontvangst ervan door deze, voor zover hij beschikt over een termijn van tien werkdagen vóór de gewone datum van betaling.
Indien de vermeerdering werd toegepast door de overgedragen schuldenaar en in zijn handen onbeschikbaar werd gemaakt overeenkomstig het tweede lid, wordt het bedrag van de onbeschikbaar geworden vermeerdering al naargelang het geval aan de overdrager of aan de overnemer gestort.
In geval van een invorderingsprocedure waarbij vanaf de aanvang of in de loop van de procedure meerdere schuldeisers betrokken zijn, wordt de beschikking geacht ten aanzien van alle schuldeisers op tegenspraak te zijn gewezen.
§ 4. In geval van veranderende omstandigheden wordt de vermeerdering voor kind ten laste aangepast in overeenstemming met de paragrafen 2 en 3.
Indien de overdrager onrechtmatig en ten onrechte de vermeerdering geniet, worden de bedragen die daarmee overeenstemmen, op grond van een beschikking gewezen overeenkomstig de derde paragraaf van dit artikel, zonder enige beperking gere-integreerd in het voor beslag vatbare bedrag, onverminderd de toepassing van enige andere invorderingsmaatregel.
Art. 32. Wanneer de dienstbetrekking van de overdrager eindigt voordat de inhoudingen het bedrag van de door de vrederechter bekrachtigde overdracht hebben bereikt, zendt de gecedeerde schuldenaar de in artikel 31, tweede lid, bedoelde kennisgeving door aan de overnemer, met vermelding van het totaal der ingehouden bedragen.
De bekrachtiging behoudt haar gevolgen en de overdracht kan door iedere nieuwe werkgever worden uitgevoerd ten belope van het oorspronkelijke bedrag, verminderd met de reeds ingehouden bedragen, mits de overnemer bij een ter post aangetekende brief de bekrachtigingsbeslissing van de vrederechter en de opgave van de reeds ingehouden bedragen ter kennis van de nieuwe werkgever brengt.
Art. 33. Wanneer de dienstbetrekking van de overdrager eindigt voordat de inhoudingen het bedrag van de overdracht hebben bereikt of wanneer het bedrag van de overdracht is bereikt, bezorgt de gecedeerde schuldenaar een staat van de periodieke inhoudingen en het totale bedrag aan de overdrager.
Art. 34.<W 2006-07-20/39, art. 23, 018;
Inwerkingtreding : 30-01-2007; zie ook W
2006-07-20/39, art. 29> Onverminderd het tweede lid en artikel 34bis, is dit hoofdstuk niet van toepassing wanneer de overdracht van het loon in een authentieke akte is vastgesteld.
Op straffe van procedurele nietigheid van de overdracht vermeldt de authentieke akte dat de overdrager door de notaris in kennis is gesteld van het vermeerderingsmechanisme voor kind ten laste en dat hij bevestigt van deze laatste het aangifteformulier voor kind ten laste waarvan het model bepaald is door de minister van Justitie te hebben ontvangen.
Art. 34bis.<Ingevoegd bij W 2006-07-20/39, art. 24;
Inwerkingtreding : 30-01-2007; zie ook W
2006-07-20/39, art. 29> § 1. De overdrager die aanspraak kan maken op een verhoging van zijn inkomsten die niet vatbaar zijn voor beslag met toepassing van artikel 1409, § 1, vierde lid, of 1409, § 1bis, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek doet hiervan aangifte, afgegeven tegen ontvangstbewijs respectievelijk aan de overgedragen schuldenaar en, in afschrift, aan de overnemer of verzonden aan dezen bij aangetekende brief, door middel van een formulier waarvan het model bepaald is door de minister van Justitie.
§ 2. De verklaring zal rechtskracht hebben vanaf de maand volgend op de ontvangst ervan door de derde voor zover deze beschikt over een termijn van tien werkdagen vóór de gewone datum van de betaling, de hoedanigheid van kind ten laste wordt vastgesteld overeenkomstig het formulier en één van de bewijsmiddelen bedoeld in artikel 1409quater van het Gerechtelijk Wetboek, en de overdrager op erewoord verklaart dat het kind niet beschikt over inkomsten waarvan het bedrag hoger is dan door de Koning bepaald of dat zijn inkomsten het voorwerp zijn geweest van een gemeenschappelijke belastingsaangifte.
§ 3. Iedere betwisting wordt door de overnemer of de overdrager aan de beslagrechter voorgelegd door een eenvoudige schriftelijke verklaring neergelegd ter griffie of aan de griffie verzonden. De overnemer en de overdrager worden bij gerechtsbrief opgeroepen voor de voor de rechter vastgestelde zitting.
De overgedragen schuldenaar wordt, bij gerechtsbrief, in kennis gesteld van het tussengeschil en is verplicht om, vanaf de volgende vervaldag van de betaling, het bedrag van de toegepaste vermeerdering die aanleiding geeft tot betwisting in zijn handen onbeschikbaar te maken.
Onverminderd een overeenkomst tussen de overdrager en de overnemer loopt het gevolg van de onbeschikbaarheid verder tot de kennisgeving van de beschikking over de betwisting.
De rechter doet uitspraak bij voorrang boven alle andere zaken. De beschikking is niet vatbaar voor verzet of hoger beroep. Zij wordt onmiddellijk bij gerechtsbrief ter kennis gebracht van de overnemer, van de overdrager en van de overgedragen schuldenaar.
Indien de vermeerdering niet werd toegepast door de overgedragen schuldenaar, zal de beschikking die de hoedanigheid van kind ten laste erkent rechtskracht hebben vanaf de maand volgend op de ontvangst ervan door deze, voor zover hij beschikt over een termijn van tien werkdagen vóór de gewone datum van betaling.
Indien de vermeerdering werd toegepast door de overgedragen schuldenaar en in zijn handen onbeschikbaar werd gemaakt in overeenstemming met het tweede lid, wordt het bedrag van de onbeschikbaar gemaakte vermeerdering al naargelang het geval aan de overdrager of aan de overnemer gestort.
In geval van een invorderingsprocedure waarbij vanaf de aanvang of in de loop van de procedure meerdere schuldeisers betrokken zijn, wordt de beschikking geacht ten aanzien van alle schuldeisers op tegenspraak te zijn gewezen.
§ 4. In geval van veranderende omstandigheden wordt de vermeerdering voor kind ten laste aangepast in overeenstemming met de paragrafen 2 en 3 van dit artikel.
Indien de overdrager onrechtmatig en ten onrechte de vermeerdering geniet, worden de bedragen die daarmee overeenstemmen, op grond van een beschikking gewezen overeenkomstig de derde paragraaf, zonder enige beperking gere-integreerd in het voor beslag vatbare bedrag, onverminderd de toepassing van enige andere invorderingsmaatregel.
Art. 35. De bepalingen in hoofdstukken V en VI zijn van toepassing op de prestaties, bedoeld in artikel 2, laatste lid, 1°.
De bepalingen van artikel 8 van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders zijn toepasselijk op de in artikel 2, laatste lid, 2° en 3°, vermelde prestaties.