Het voorwerp van bij overeenkomst aangegane verbintenis(sen) – de beloofde prestatie(s) – moet bestaan of ten minste kunnen bestaan, bij gebreke waarvan de overeenkomst nietig is. Het voorwerp als geldigheidsvereiste van de overeenkomst moet op straffe van verval voortbestaan.
Rechtsverval doet zich voor wanneer een overeenkomst een essentiële bestaansvoorwaarde verliest, waardoor de uitvoering in natura van de desbetreffende verbintenis onmogelijk is geworden. Opdat er sprake zou zijn van rechtsverval, zijn volgende toepassingsvoorwaarden relevant:
– een geldig tot stand gekomen overeenkomst;
– het wegvallen van een essentiële bestaansvoorwaarde, al dan niet toerekenbaar aan één van partijen tijdens de uitvoeringsfase van de overeenkomst;
– de onmogelijkheid tot (verdere) uitvoering in natura.
Het verval is een wijze van beëindiging van een rechtshandeling ten gevolge van het wegvallen van voorwerp of oorzaak.
De regel dat overeenkomsten vervallen door het verdwijnen van hun voorwerp, heeft een algemeen karakter en is dus een algemeen rechtsbeginsel. Ongeacht de aansprakelijkheidsvraag gaat het contract teniet bij het teloorgaan van zijn voorwerp of bestaansreden
Het verval is te situeren in de uitvoeringsfase van een rechtshandeling, hoewel het afhangt van de al dan niet blijvende aanwezigheid van een geldigheidsvoorwaarde.
Ongeacht de aansprakelijkheidsvraag gaat een contract teniet bij het teloorgaan van zijn voorwerp of bestaansreden. Het betreft een vorm van tenietgaan ex nunc.
Opmerking: anders dan bij het verval van het voorwerp blijft het wegvallen van de oorzaak van een verbintenis principieel zonder gevolg (onder voorbehoud van rechtsmisbruik of de werking van de goede trouw). Zie noot onder dit arrest.
De contractpartij die het rechtsverval door een haar toerekenbare tekortkoming veroorzaakt, moet de daaruit voortvloeiende schade vergoeden.
Uittreksel uit het NBW
"Art. 5.54 Vereiste
Een contract gesloten zonder oorzaak is relatief nietig, tenzij de wet toelaat dat het zonder oorzaak kan bestaan. Partijen mogen ook overeenkomen dat het contract van zijn oorzaak wordt geabstraheerd, tenzij de wet zulks verbiedt.
Een contract uit een valse oorzaak is slechts nietig indien de dwaling doorslaggevend en verschoonbaar is.."
Uittreksel uit de Memorie van toelichting bij het wetsvoorstel houdende Boek 5 “Verbintenissen” van het Burgerlijk Wetboek
“Het betreft hier de overname van de regel uit artikel 1131 van het Burgerlijk Wetboek dat kan behouden blijven. Aan deze bepaling wordt evenwel de jurisprudentiële uitzondering toegevoegd volgens dewelke de wet kan aannemen dat de verbintenis op zichzelf kan bestaan en van haar oorzaak kan worden gescheiden. Dat is het geval bij zgn. abstracte verbintenissen (bv. de wisselbrief) (zie o.m.: Cass. 13 november 1969, R.C.J.B., 1970, 326 noot P. Van Ommeslaghe; Cass. 17 mei 1991, R.W., 1991-92, 684, J.T., 1992, 298). Het is ook aanvaard dat de abstractie kan voortvloeien uit de wil der partijen.
Volledigheidshalve wordt nog gepreciseerd dat indien de oorzaak een geldigheidsvereiste is van het contract, het in feite de verbintenissen zijn die het voorwerp zijn van het contract waarvoor een oorzaak moet kunnen worden aangewezen.
Het tweede lid strekt ertoe de problematiek van de valse oorzaak in overeenstemming te brengen met de leer omtrent de dwaling (zie P. WÉRY, I, p. 265, nr. 299).”
Art. 5.113 Wegvallen van het voorwerp
Het verval van een verbintenis door het wegvallen van het voorwerp ervan overeenkomstig artikel 5.265, geeft op zichzelf geen aanleiding tot het tenietgaan van het contract waaruit die verbintenis is ontstaan.
In dat geval gaat het contract enkel teniet in de gevallen bepaald in artikel 5.112 NBW.
www.elfri.be - Artikel - Oorzaak van de overeenkomst in het NBW
www.elfri.be - Artikel - Voorwerp van de overeenkomst bepalingen in het NBW