Het recht verbiedt dat iemand twee keer gestraft wordt voor hetzelfde feit. Dat geldt ook in tuchtprocedures. Als een persoon al een tuchtsanctie heeft gekregen, zoals een tijdelijke schorsing, mag er voor dezelfde feiten geen tweede, bijkomende tuchtmaatregel worden opgelegd.
Wanneer een bestuursorgaan volgens de toepasselijke regels een keuze moet maken tussen een lichte of een zwaardere tuchtstraf, dan moet het ook echt kiezen. Het mag niet eerst een lichte straf opleggen en daarna alsnog proberen een zwaardere sanctie op te leggen voor exact dezelfde feiten.
Zelfs als de eerste beslissing later wordt ingetrokken, verandert dat niets aan het feit dat de betrokkene die sanctie al heeft ondergaan. Die eerste tuchtsanctie blijft dus meetellen, en een tweede bestraffing is dan in strijd met de regels.
Het respecteren van het verbod op dubbele bestraffing (het non bis in idem-beginsel) is essentieel voor een eerlijk en rechtvaardig tuchtrecht.