Het feit dat klassieke teksten die tot het publiek domein behoren, als uitgangspunt dienden voor een auteurswerk is onvoldoende om het auteursrecht te ontkrachten.
Een dergelijk werk blijft de uitdrukking van de intellectuele inspanning die het werk een individueel karakter verleent.
Een eigen vormgeving die verwijst naar de persoon van de maker en de uitdrukking is van een intellectuele inspanning volstaat als criterium voor een beschermde creatie..
Het is niet omdat delen van de tekst vertalingen van klassieke teksten zouden zijn, dat het auteursrecht vervalt.
Artikel 1, §2, al. 3 van de wet betreffende het auteursrecht en de naburige rechten van 30 juni 1994, zoals achteraf gewijzigd (hierna de "Auteurswet") geeft de auteur van een werk het recht om het bekend te maken.
Dit impliceert dat het werk niet mag bekend gemaakt worden zonder de toestemming van de auteur. Het branden van de gehele tekst of delen ervan op een CD is een vorm van bekend maken.
Op grond van artikel 1, §2, al. 5 van de Auteurswet kent de auteur het recht toe het vaderschap van de tekst op te eisen.
Ook het gebruik van de titel van een werk kan een inbreuk op het auteursrecht uitmaken.
Een concept of idee kan als zodanig geen bescherming krijgen.
Muziektheater als zodanig, liederen, op muziek gezette gedichten, gebracht met bindteksten zijn op zichzelf niet vatbaar voor auteursrechtelijke bescherming.
Dit is eveneens het geval voor het gebruik van liederen, samen met tekst en voor een creatie die betrekking heeft op een schrijver uit de klassieke cultuur. Deze klassieken en hun werk behoren tot de klassieke cultuur.
Goede ideeën kunnen door iedereen gebruikt worden, zolang ze geen concrete vorm verworven hebben.
Het gebruik van "bindteksten", de keuze van dezelfde klassieke liederen of klassieke tekst, dezelfde mensen op het podium, hetzelfde decor, dezelfde kledij en dezelfde vormgeving voor de programmabrochure zijn afzonderlijk en in hun geheel genomen onvoldoende om vast te stellen dat er sprake is van een inbreuk.
Dezelfde inbreng van de regisseur, door gebruik te maken van zelfde beelden en zelfde videotechniek en gelijksoortige vormbeelden vormt op zich geen schending van het auteursrecht voor zover de beelden (te dezen een beeld van een ondergaande zon) tot het publiek domein behoort,
De themalijnen zoals passie, verdriet en melancholie en dichtkunst zijn op zich niet vatbaar voor auteursrechtelijke bescherming. Ook het samenbrengen van deze lijnen en de evolutie van de ene lijn naar de andere kunnen niet teruggebracht worden tot de intellectuele rechten van een persoon.
Thema's als de blauwe oever, de lier van Orpheus, de dageraad, een bloemenkrans behoren tot het publiek domein.
Uit de keuze van figuren als Phaon de veerman, Aphrodite, Orpheus en verschillende vrouwen die Sappho zouden omringd hebben en die voorkomt in zowel "Niemand is voorzien op zoveel zon" als "Zoals de zon zingt" kan niet afgeleid worden dat het tweede stuk een plagiaat is van het eerste. Het gaat om thema's en figuren uit de klassieke oudheid en die geassocieerd worden met de figuur van de dichteres Sappho.
Maar dit alles belet niet dat op de de titel, de toneeltekst en de promotietekst een beschermd recht bestaat.