De Dimona-aangifteplicht heeft niet enkel een socialezekerheidsrechtelijke doelstelling maar daarnaast beoogt de aangifteplicht ook de doeltreffendheid van de door de bevoegde nationale autoriteiten uitgevoerde controles te waarborgen om ervoor te zorgen dat de in het arbeidsrecht vastgestelde arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden worden nageleefd.
Artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels bepaalt: «De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, wijzigingen aanbrengen inzake de wijze van de inzameling van de gegevens nodig voor de toepassing van de sociale zekerheid en de fiscaliteit bij de werkgevers en de sociaal verzekerden, waarbij het beheer van de gegevens gebeurt overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid. De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, alle nuttige maatregelen nemen om de elektronische inzameling en de kwaliteit van de gegevens te bevorderen en te regelen.»
Artikel 4 KB Dimona van 5 november 2002 verplicht de werkgever aan de instelling die belast is met de inning van de socialezekerheidsbijdragen een aantal gegevens mee te delen betreffende de werkgever, de werknemer en zijn tewerkstelling.
Het KB Dimona van 5 november 2002 geeft aldus uitvoering aan de voormelde wet. Die regeling heeft in elk geval tot doel te waarborgen dat de betrokken werknemers bij een van de takken van het socialezekerheidsstelsel zijn aangesloten en dus de naleving van de wetgeving ter zake te verzekeren.
De Sociale documentenwet verplicht de werkgever bepaalde sociale documenten bij te houden.
Die wet beperkt de controledoelstelling van die documenten niet tot specifieke sociale wetten.
Bijgevolg is het personeelsregister dat met deze wet verplicht wordt gesteld, bedoeld om zowel de toepassing van de sociale wetten betreffende de sociale zekerheid als die betreffende het arbeidsrecht met inbegrip van de arbeidsreglementering te controleren.
Artikel 4, § 1, 1, Sociale documentenwet, zoals gewijzigd door artikel 2, 1°, van de wet van 24 januari 2003 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de veralgemening van de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, bepaalt dat de sociale documenten waarvan het bijhouden door dit besluit is opgelegd, het algemeen personeelsregister en het speciaal personeelsregister zijn.
Artikel 4, § 1bis, Sociale documentenwet, zoals gewijzigd door artikel 2, 2°, van de wet van 24 januari 2003 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de veralgemening van de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling bepaalt: «De Koning kan de werkgevers, die de gegevens zoals door Hem bepaald krachtens artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, moeten mededelen aan de instelling, die belast is met de inning van de sociale zekerheidsbijdragen, overeenkomstig de door de Koning bepaalde nadere regelen, vrijstellen van de verplichting om een algemeen personeelsregister bij te houden voor de werknemers wier gegevens medegedeeld worden.»
Artikel 3, § 1, van het koninklijk besluit van 8 augustus 1980 betreffende het bijhouden van sociale documenten bepaalt: «De werkgever die de verplichting heeft om een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling te verrichten krachtens het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, moet enkel een speciaal personeelsregister bijhouden in de gevallen bepaald in onderafdeling 2 van hoofdstuk II.»
Uit deze bepalingen volgt dat de Dimona-aangifteplicht het bijhouden van een personeelsregister vervangt. Daaruit moet worden afgeleid dat de regelgever met de invoering van de Dimona-aangifteplicht niet uitsluitend beoogt te verzekeren dat de betrokken werknemers zouden zijn aangesloten bij een sociaalzekerheidsstelsel en de naleving van de ter zake geldende regelgeving, maar daarnaast en dus bijkomend ook als doel heeft de doeltreffendheid te waarborgen van de door de bevoegde nationale autoriteiten uitgevoerde controles betreffende de in het arbeidsrecht vastgestelde arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden.