Wanneer de huurhernieuwing aan de handelsverhuurder is gevraagd en deze stelt nieuwe voorwaarden dant dient de huurder conform art. van de handelshuurtwet te handelen, door ofwel binnen de dertig dagen in te stemmen ofwel binnen de zelfde termijn de vrederechter te vatten. Niet reageren impliceert niet het instemmen met de voorwaarden, waardoor de niet reagerende handelshuurder zijn recht op vernieuwing verliest.
Een mandaat kan perfect mondeling worden gegeven. De lastgevingsovereenkomst is een consensueel contract en kan tot stand komen door de loutere wilsovereenstemming (B. Tilleman, Lastgeving in APR, Deurne, Kluwer, 1997, 78 e.v.).
Een louter mondeling door de handelshuurder daartoe gemandateerde advocaat kan bijgevolg perfect rechtsgeldig namens zijn cliënte, handelshuurder, een aanvraag tot handelshuurhernieuwing betekenen aan de verhuurder.
Als de verhuurder wordt geconfronteerd met een aanvraag tot handelshuurhernieuwing die niet uitgaat van de huurder zelf, maar van diens advocaat als bijzonder lasthebber, en als de verhuurder het bestaan van een geldig mandaat daartoe van de betrokken advocaat betwist, dan is het aan de lastgever, de handelshuurder, om het mandaat te bewijzen.
Dit bestaan van een geldig mandaat van de advocaat die de handelshuurhernieuwing aanvraagt, wordt bewezen als de verhuurder na ontvangst van de aanvraag niet onmiddellijk de voorlegging van de volgmacht vraagt om zich van het bestaan van de lastgeving te vergewissen en het bestaan van de lastgeving door de advocaat en zijn cliënt niet betwist wordt (Cass. 6 februari 2006, Arr.Cass. 2006, 303; Cass. 23 oktober 2013, www.juridat.be; B. Tilleman, E. Dursin, E. Terryn, C. Heeb en P.-J. Naeyaert, «Overzicht van rechtspraak, Bijzondere Overeenkomsten: Tussenpersonen (1999-2009)», TPR 2010, 637).