Wanneer een constructie de perceelsgrenzen overschrijdt, is er een inbreuk op het eigendomsrecht van de eigenaar van het overbouwde perceel. De constructie breekt immers in op de eigendomssfeer van de grondeigenaar. De eigenaar wiens eigendom men met de uitbouw inneemt, kan niet bouwen op de ruimte die door de uitbouw reeds in beslag is genomen.
Het eigendomsrecht op de grond verleent immers ook het eigendomsrecht op een functionele hoogte boven en onder de grond Het gaat om de zogenaamde eigendomskegel, die het eigendomsvolume van de grondeigenaar uitmaakt. Elke inmenging daarin vergt een titel. Dit is niet enkel het geval indien er materiële verbinding is met de grond, maar ook indien een constructie zweeft' of hangt' boven andermans grond. (zie o.m. V, Sagaert, Goederenrecht in Beginselen van Belgisch Privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2014, nr. 248-256).
Bij gebreke aan titel (toestemming, verkrijgende verjaring, bestemming van de huisvader) kan de buurman boven wiens perceel gebouwd is, dus de verwijdering ervan vorderen, onder voorbehoud van rechtsmisbruik
Artikel 544 Burgerlijk Wetboek verleent aan iedere eigenaar het recht om op een normale wijze van zijn zaak te genieten. De eigenaar van een onroerend goed die door een daad, een verzuim of eender welke gedraging het evenwicht tussen de eigendommen verbreekt door aan de naburige eigenaar een stoornis op te leggen die de normale lasten uit het nabuurschap overschrijdt, is hem een rechtmatige en passende compensatie verschuldigd, tot herstel van het verstoorde evenwicht.
In het kader van de burenhinder is vereist dat de veroorzaakte hinder een abnormaal of bovenmatig karakter vertoont. Dit is een feitenkwestie die soeverein door de rechter wordt beoordeeld. De abstracte norm waaraan het bovenmatig karakter van de hinder dient getoetst is vatbaar voor concretisering naar plaats en tijdstip van de hinder, naar duur en intensiteit.
Er is sprake van een overschrijding van de perceelsgrens ten belope van 38 cm door het plaatsen van isolatiemateriaal en gevelbekleding.
Dergelijke last overschrijdt de normale lasten uit het nabuurschap en is als bovenmatige hinder te beschouwen. Er is dan ook een rechtmatige en passende compensatie verschuldigd, met die beperking dat deze niet kan bestaan in het volledig verbod van het feit, dat voor overlast zorgt, zelfs als dit volledig verbod, volgens de appreciatie van de feitenrechter, de enige wijze is om het verbroken evenwicht te herstellen.
In deze omstandigheden wordt de helft van het bedrag van de venale waarde, met name 268 euro/m x 24,50 euro / 2 hetzij 3.283 euro afgerond op 3.500 euro als een passende compensatie beschouwd voor de overmatige burenhinder.