De overeenkomst tot levering van een keuken op basis van voorgefabriceerde losse elementen die zoals in het concept van DSM keukens tot een geheel ter plaatse van de klant worden verwerkt is een koopovereenkomst en geen aannemingsovereenkomst. Als koopovereenkomst dient deze overeenkomst te voldoen aan de wetgeving inzake de handelspraktijken (WHPC, nadien WMPC, thans overgenomen in de WER).
In de praktijk betekent dit dat consumenten vaak zonder schadevergoeding kunnen afzien van de contracten niet alleen van keukenbouwers, maar ook van tal van andere verkopens zoals salonverkopers, autoverkopers, meubelverkopers en andere verkopers van goederen aan de consument, gezien de verkoopsvoorwaarden zeer vaak niet voldoen aan de wetgeving.
Op grond van artikel 30 WHPC moet de verkoper ten laatste op het ogenblik van het sluiten van de verkoop te goeder trouw aan de consument de behoorlijke en nuttige voorlichting geven betreffende onder meer de verkoopsvoorwaarden, rekening houdend met de door de consument uitgedrukte behoefte aan voorlichting.
Dit behelst onder meer:
• het afspreken van een duidelijke leveringstermijn
• het niet afsluiten van een verkoop aan een consument met te weinig financiële draagkracht en het nazicht van de inkomsten van de consument
• de datum van de betaling van het voorschot
• de vraag of de consument in zijn gegeven situatie de verkoopovereenkomst zou ondertekend hebben in de wetenschap dat deze hem definitief bond en hij een bepaald bedrag zou dienen te moeten betalen om de overeenkomst te beëindigen.
Verder mag de verkoper geen onrechtmatig beding opnemen in de verkoopsvoorwaarden:
Een onrechtmatig beding in de zin van artikel 31,§1 WHPC is elk beding of elke voorwaarde die een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en plichten van partijen.
In een arrest van het Hof van Cassatie van 18 juni 2021 werd geoordeeld dat een consument, in de regel, mag worden geacht kennis te hebben genomen van de algemene contractvoorwaarden wanneer deze op de keerzijde van een contractdocument voorkomen waarnaar wordt verwezen op de voorzijde. Maar hiervan kan niet worden uitgegaan wanneer het gaat om contractsvoorwaarden die ongebruikelijk of buitensporig zijn. Zo oordeelde het Hof van Cassatie dat de voorwaarden van DSM keukens die stellen dat de verbreking van het contract door de consument van de ondertekende bestelbon, DSM een recht verschaft op een schadevergoeding van 30%, buitensporig dan wel ongebruikelijk zijn en oordeelde het Hof van Cassatie dat het eerder arrest van het Hof van beroep te Antwerpen van 20 maart 2020 lastens DSM keukens, waarbij de consument niet gehouden was tot deze hoge vergoeding door loutere vermelding op de achterzijde van de bestelbon van deze voorwaarde, kon worden bevestigd.
Indien DSM Keukens een dergelijk zwaarwichtig beding lastens haar consument wil leggen dan dient zij volgens het arrest boven de plaats voorzien voor de handtekening van de kopers uitdrukkelijk had kunnen vermelden dat een opzegging van de overeenkomst, behoudens overmacht, aanleiding zou geven tot een vergoeding gelijk aan 30 pct. van de prijs.
Zie ook reviews DSM keukens op onder meer Trustpilot