Artikel 2 Woninghuurwet, vereist dat het gehuurde goed voldoet aan de "elementaire vereisten van veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid"
Het ontbreken van verwarming op bepaalde momenten van de dag en het afzetten van het warm water, zorgt ervoor dat het pand niet voldoet aan de elementaire vereisten van bewoonbaarheid;
Artikel 5, § 1, 3°, Vlaamse Wooncode vereist dat in elke woning voldoende veilige verwarmingsmiddelen aanwezig zijn.
Het beperken van de verwarming in strijd met artikel 5, § 1, 3°, Vlaamse Wooncode is een wanprestatie waarvoor de verhuurder schadevergoeding verschuldigd is aan de huurder wegens mindergenot. De rechter kan veroordelen tot een schadevergoeding en tot het toelaten van het gebruik van warm water en verwarming en dit op elk moment van de dag..
Art. 2 Woninghuurwet verwijst uitdrukkelijk naar de normen betreffende de woningen, opgesteld door de Gewesten bij het uitoefenen van hun bevoegdheden.
Derhalve dient de verhuurder er zich eraan te verwachten dat de rechter de bepalingen van de Vlaamse Wooncode inzake de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten in zijn redenering betrekt zelfs indien dit niet door de huurder wordt opgeworpen.
De rechter is gehouden het geschil te beslechten overeenkomstig de daarop van toepassing zijnde rechtsregels. Hij moet de juridische aard van de door de partijen aangevoerde feiten en handelingen onderzoeken, en mag, ongeacht de juridische omschrijving die de partijen daaraan hebben gegeven, de door hen aangevoerde redenen ambtshalve aanvullen op voorwaarde dat hij geen betwisting opwerpt waarvan de partijen bij conclusie het bestaan hebben uitgesloten, dat hij enkel steunt op elementen die hem regelmatig zijn voorgelegd, dat hij het voorwerp van de vordering niet wijzigt en dat hij daarbij het recht van verdediging van de partijen niet miskent.
Het algemeen rechtsbeginsel van het recht van verdediging wordt niet miskend wanneer een rechter zijn beslissing steunt op elementen waarvan de partijen, gelet op het verloop van het debat, mochten verwachten dat de rechter ze in zijn oordeel zou betrekken en waarover zij tegenspraak hebben kunnen voeren.
Krachtens artikel 2, § 1, eerste lid, Woninghuurwet moet het gehuurde goed, onverminderd de normen betreffende de woningen, opgesteld door de Gewesten bij het uitoefenen van hun bevoegdheden, beantwoorden aan de elementaire vereisten van veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid.
Krachtens het zesde lid van deze bepaling, heeft de huurder, indien de door de vorige leden voorgeschreven voorwaarden niet zijn vervuld, de keuze ofwel de uitvoering te eisen van de werken die noodzakelijk zijn om het gehuurde goed in overeenstemming te brengen met de vereisten van het eerste lid, ofwel de ontbinding van de huurovereenkomst te vragen met schadevergoeding.
Krachtens deze bepaling staan voormelde vorderingen ook open voor de huurder in geval het gehuurde goed niet beantwoordt aan de normen betreffende de woningen opgesteld door de Gewesten.